In een kort geding, maandag voor de rechtbank in Den Haag, stelde de zorgkoepel dat de campagne niet is bedoeld om consumenten beter te informeren, maar om de inkomens van de apothekers te beschermen. De KNMP, de beroepsorganisatie van de apothekers, meent dat de verzekeraars zich te veel bemoeien met de inhoud van de zorg aan patiënten.Het draait om het zogeheten preferentiebeleid, dat ongeveer driekwart van de verzekeraars hanteert. Dat houdt in dat een aantal zorgverzekeraars telkens per halfjaar per werkzame stof de goedkoopste medicijnen aanwijst, die worden vergoed.

Met ingang van 1 januari 2008 vergoeden die verzekeraars alleen cholesterolverlager simvastatine van importeur Focus Farma. De distributeur, die het middel betrekt van producent Ranbaxy uit India, is aanzienlijk goedkoper dan de dertig concurrenten die hetzelfde medicijn op de markt brengen. Met ingang van maart zal een dergelijk systeem, nu nog beperkt tot drie stofjes, gelden voor andere pillen.

De KNMP geeft patiënten het advies over te stappen naar een verzekeraar die niet „op de stoel van de dokters gaat zitten” en dus niet het preferentiebeleid hanteert. Dat zijn bijvoorbeeld Avero Achmea, FBTO en ONVZ. De apothekers zetten verzekeraars die dit beleid wel hanteren (waaronder Menzis, CZ en Agis) nadrukkelijk in de hoek. KNMP-advocaat A. Ploeger ontkende gisteren niet glashard dat het inkomen van de apotheker een factor is in de campagne.

ZN-pleiter G. de Groot verweet de apothekers in te spelen op de angst van de patiënten. Hij hield vol dat de patiënt het geneesmiddel krijgt dat de arts voorschrijft. Wel erkende hij dat de verzekeraars hun klanten beter over het medicijnenbeleid moeten informeren. De campagne komt in een voor de verzekeraars gevoelige tijd; in december kunnen patiënten de zorg voor het komende jaar bij een concurrent zoeken.

De rechtbank doet op 27 of 28 december uitspraak.