Iraakse regeringsfunctionarissen zeiden dat Turkse toestellen urenlang verscheidene dorpen in het Qandil-gebergte bestookten. Daarbij is volgens de zegslieden zeker een burger, een vrouw, omgekomen en zijn vier gewonden gevallen. Zeker tien woningen en een school zijn verwoest. Tweehonderd mensen zijn op de vlucht geslagen, aldus de zegslieden. Volgens de Turkse televisie deden vijftig toestellen mee aan de operatie. Ook het grondleger bestookte doelen in Noord-Irak.De Turkse regering ontkende dat het leger op burgerdoelen heeft geschoten en dat er slachtoffers zijn gevallen onder de bevolking in Noord-Irak. Volgens de Turkse generaal Yasar Buyukanit zijn geen dorpen getroffen, maar alleen posities van de PKK die van te voren waren aangemerkt. „Het Turkse leger heeft de Turkse bevolking en de wereld de boodschap gegeven dat we de PKK-rebellen vinden en raken, of het nu winter is of zomer, en zelfs als ze in grotten leven”, zei hij.

De generaal voegde daar aan toe dat de Verenigde Staten de Turkse luchtaanvallen steunden. „De VS gaven informatie. Maar belangrijker was dat de VS het luchtruim boven Noord-Irak voor ons openden. Hiermee steunden ze de operatie”, aldus de generaal.

De Koerdische Arbeiderspartij (PKK) gebruikt het bergachtige noorden van Irak als schuilplaats en als uitvalsbasis voor aanvallen in Turkije. De PKK vecht sinds de oprichting in 1974 voor een onafhankelijk Koerdistan in zuidoostelijk Turkije. In 1999 werd PKK-leider Abdullah Öcalan gearresteerd waardoor de groepering verzwakte. Tien jaar geleden zou de groep nog over 10.000 tot 15.000 strijders hebben beschikt. Nu zouden er tussen de 2000 en 4000 strijders over zijn. Die hebben zich in Noord-Irak verschanst of zijn uitgeweken naar Iran. De EU en de VS bestempelen de PKK als een terroristische organisatie.