Vluchtelingen zonder voedsel door strijd in Tsjaad
NAIROBI (AP) - In het oosten van Tsjaad zijn nieuwe gevechten uitgebroken waardoor behoeftige Tsjadiërs en Sudanezen bij de grens met Sudan niet van voedsel kunnen worden voorzien. Dat heeft het Wereldvoedselprogramma (WFP) vrijdag gezegd.
De vluchtelingenorganisatie van de Verenigde Naties (UNHCR) maakte bekend dat een van haar Tsjadische medewerkers donderdag in het zuiden van Tsjaad werd doodgeschoten. Het slachtoffer, Mahmat Mahamadou, was als chauffeur in dienst bij een afdeling van de UNHCR in Danamadji. Hij werd doodgeschoten in een gebied dat tot nu toe als veilig werd beschouwd.Tsjaad, een droog land in Midden-Afrika, is een van de armste landen van de wereld. Een recente olievondst heeft een strijd om de macht doen oplaaien. Behalve een rebellie in het oosten zorgt een vluchtelingenstroom uit de Sudanese regio Darfur voor de nodige problemen.
Het was de bedoeling dat in november een 4300 manschappen tellende vredesmacht van de Europese Unie zou worden gestationeerd in de aan Sudan grenzende gebieden van Tsjaad en de Centraal-Afrikaanse Republiek, maar door het ontbreken van de noodzakelijke uitrusting is dat uitgesteld. De troepenmacht zal nu op zijn vroegst in januari aankomen. Een van de rebellengroepen in Tsjaad heeft al aangekondigd elke buitenlandse soldaat te zullen aanvallen.
De strijdmacht van de EU is bedoeld als aanvulling op een 26.000 leden tellend vredesleger van de Verenigde Naties en de Afrikaanse Unie (AU) in Darfur. Ook de stationering daarvan ondervindt vertraging, door logistieke en politieke problemen. Vrijdag werd gezegd dat de Europese landen waarschijnlijk niet kunnen voldoen aan de vraag van de VN om helikopters te leveren voor de missie in Darfur. Het vredesleger moet over drie weken de taken van de huidige AU-troepen overnemen. Maar VN-chef Ban Ki Moon zei donderdag dat de troepen op zijn minst 24 helikopters nodig hebben. Anders zal het vredesleger niet in staat zijn de eigen soldaten te beschermen, om van de burgers in het gebied nog niet eens te spreken, zei hij.
Afrikadeskundige Thomas Cargill van Chatham House, een internationale denktank in Londen, zei dat de Europese landen hun geloofwaardigheid ondermijnen als ze zeggen de crisis op te willen lossen, maar vervolgens niet bereid zijn de benodigde spullen te leveren. „Er zijn zo’n 12.000 militaire helikopters in Europa, dus het is bizar dat er nog niet één is gevonden die aan deze missie kan worden bijgedragen”, zei hij. Ook Sudan werpt barrières op. Het weigert eenheden uit niet-Afrikaanse landen zoals Thailand, Nepal en Scandinavië toe te laten, ook al zou 75 procent van de troepen uit Afrikanen bestaan.