De VS hebben om de uitlevering van Castano gevraagd omdat hij sinds 1997 betrokken zou zijn bij de invoer van zeker 17 ton cocaïne in de VS. Castano ontkent schuldig te zijn aan drugshandel en zou zich in de VS vrij willen pleiten van de aanklacht. Als de Colombiaanse justitie de door de VS gevraagde uitlevering goedkeurt, zal er actief jacht op Castano gemaakt worden, aldus de Colombiaanse minister van Binnenlandse Zaken, Fernando Londono.

Het AUC (de Verenigde Zelfverdedigingsstrijdkrachten van Colombia) werd in de jaren ’80 opgericht om te strijden tegen de linkse rebellen van het FARC en het ELN. De groepering wordt gefinancierd door grootgrondbezitters die zeggen onvoldoende beschermd te worden door het Colombiaanse leger. Mensenrechtengroeperingen zeggen dat het AUC zich, net als de linkse rebellen, regelmatig schuldig maakt aan de schending van mensenrechten. De vader van Castano, een legerofficier werd in 1980 ontvoerd en vermoord door rebellen van het FARC.

De Amerikaanse minister van Justitie, John Ashcroft, maakte dinsdag de uitleveringsbevelen tegen Castano en enkele andere leden van het AUC openbaar. Ashcroft en de directeur van de Amerikaanse drugsbestrijdingsdienst DEA, Asa Hutchinson, maakten bekend dat Castano en enkele andere AUC-leden door de VS beschouwd worden als gewelddadige drugssmokkelaars. Castano heeft in het verleden herhaaldelijk gezegd dat als de VS om zijn uitlevering vroegen, hij zich vrijwillig over zou geven.