De advocaat van de voogd, mr. S. Burmeister noemde in zijn pleidooi de vervolging door het OM „onbegrijpelijk. Uit drie zeer deskundige onderzoeken, waaronder van de Inspectie Jeugdzorg, is gebleken dat niet één persoon kan worden aangewezen als schuldige voor de dood van Savanna”, aldus de advocaat. Hij benadrukte verder dat tussen het niet uit huis plaatsen van Savanna en de mishandelingen en uiteindelijke dood van de peuter geen enkel verband bestaat.Volgens de tweede advocaat, mr. B. Roodveldt, is het onrechtvaardig om met de kennis van nu op de gebeurtenissen in 2004 terug te kijken. „Hulpverleners die voor de dood van Savanna nooit klachten hadden bij de gezinsvoogd, zeggen nu ineens allerlei mishandelingen te hebben gezien.”

Een emotionele, door Burmeister voorgelezen, persoonlijke verklaring van de voogd bracht een deel van het publiek in tranen. „Het is me nooit duidelijk geworden waarom ik verdachte ben geworden. Na een intern onderzoek van Bureau Jeugdzorg Noord-Holland kreeg ik vanwege mijn inzet nog een groot compliment van de raad van bestuur”, aldus de voogd.

De rechercheverhoren waaraan de vrouw in totaal zeven dagen lang werd onderworpen, ervoer ze soms als bedreigend. „Het uitgangspunt is dat je iets fout hebt gedaan. Toen ik voor de zoveelste keer werd ondervraagd dacht ik: Vertel nou maar wat je wilt horen, dan zeg ik dat en dan ga ik naar huis.”

De rechtbank doet op 16 november uitspraak.