Bunkeren bij de olieboeren van Dordt
De motoren van het bunkerbootje grommen. Stuurman Bert zet met 150.000 liter gasolie koers naar een klant. Woest kolkt het water achter de schroef. Al 47 jaar leggen binnenvaartschippers aan bij de olieboeren van Delta in Dordrecht. Of andersom. Delta zoekt zijn klanten op het water op. „Wil een schipper theedoeken hebben, dan halen wij bij Blokker theedoeken.”
Met een winkel op de wal, een winkelschip voor de wal en twee bunkerbootjes langs de wal bevoorraadt bunkerstation Delta z’n klantenkring van binnenvaartschippers. Het bedrijf is opgericht in 1955. Sinds 1998 staan Joop Blom, Piet Theunisse en Bert Wijngaarden met z’n drieën aan het roer van het maritieme bevoorradingsbedrijf in Dordrecht.
„We wilden alledrie directeur worden. Dat vonden we wel interessant”, grapt Bert. Het driemanschap heeft daarom de taken netjes verdeeld. Joop is commercieel directeur, Piet financieel directeur en Bert technisch directeur. Alledrie komen van boord. Piet en Bert zijn zelfstandig schipper geweest, Joop zou schipper zijn geworden als familieomstandigheden daar niet een streep doorheen hadden gehaald.
De levering van brandstof en smeermiddelen vormt de hoofdactiviteit van het bevoorradingsbedrijf. Dagelijks pompt Delta duizenden liters gasolie over in de brandstoftanks van binnenvaartschepen. Gemiddeld zo’n 7000 liter per klant. Een flink schip lust al snel zo’n 200 liter per uur. De inhoud van brandstoftanks loopt uiteen van 500 tot 45.000 liter. „Een Rijnschip verbruikt voor een 500 kilometer lange tocht naar Mannheim zo’n 15.000 tot 20.000 liter”, weet Piet.
Het bunkerbootje deint op het water. Vier Esso-vlaggen wapperen in de wind. Behendig manoeuvreert Bert het 30 meter lange vaartuig met 150 kuub gasolie langszij, laat het motorvermogen terugzakken, pakt een kabeltros, slingert die om de bolder op het binnenvaartschip en rolt de brandstofslang af. Alles in een mum van tijd. De schipper pakt de slang aan. „Tanken duurt meestal een halfuurtje. Bij grote schepen hangen we er gewoon twee slangen in.” Elke slang heeft een capaciteit van 40.000 liter per uur.
Maar Delta doet meer. Het bunkerstation levert alle mogelijke scheepsbenodigdheden voor de binnenvaart. Op de schappen van de winkel aan de Hooikade ligt een uitgebreid assortiment artikelen. Touw, kabeltrossen, laarzen, accu’s, stuurstoelen, verf, teer, reddingsboeien. „Wat we niet verkopen is ”nee””, zegt Piet. De klantenservice gaat ver. „Wat we niet in huis hebben, regelen we. Als een schipper een stapel theedoeken nodig heeft, gaan we zelf bij Blokker theedoeken halen”, vertelt Bert.
Veel schippers geven hun bestelling telefonisch of per fax door, anderen komen bij het winkelschip bunkeren. „Op verzoek leveren wij zo nodig ook levensmiddelen. Een schipper geeft zijn boodschappenlijstje aan ons door, wij plaatsen een bestelling en Super De Boer levert het bij ons af. Hagelslag, melk en pindakaas. Soms zes, zeven kratten tegelijk.” Speciaal voor deze service heeft het bunkerstation een grote koelkast moeten aanschaffen.
Het trio heeft plezier in het werk. Wat is er leuk aan? „Dat vertellen we niet, anders wil iedereen hier komen werken”, grapt Joop.
„Ik doe alles graag”, benadrukt Bert.
„Die houden we erin”, roept Joop opgetogen.
Bert: „De contacten met de klanten zijn belangrijk. Het is één grote familie in de binnenvaart.”
Joop vult aan: „Elke keer krijg je andere klanten, andere situaties. Je hebt hier vrijheid, gezelligheid.”
Het werkterrein van Delta bevindt zich in een straal van 20 kilometer rond Dordrecht. „Maar als we een keer naar Rotterdam moeten, doen we dat ook.” Op 200 meter afstand van de Hooikade liggen de bunkerboten van de concurrent. Alleen de regio Dordrecht telt al zes van de in totaal zestig bunkerstations die Nederland rijk is. „De concurrentie is fel”, reageert Bert. „Maar waar is dat tegenwoordig niet het geval?”
Het klantenbestand van Delta bestaat uit 400 tot 500 vaste klanten. De hele breedte van de binnenvaart meert af bij Delta. Het bunkerstation richt zich alleen op de beroepsvaart. Watersporters behoren tot een andere categorie. „Als we ze kunnen helpen, doen we dat graag. Maar het is niet onze doelgroep.”
De winkel op de wal is van 8.00 tot 18.00 uur geopend. „Maar het gebeurt regelmatig dat ik ’s nachts om halfdrie nog een stukje touw sta af te meten.” Het bunkerstation is zes dagen per week 24 uur per dag open. De werkzaamheden zijn verdeeld in dag-, nacht en weekenddiensten. „Op zondag zijn we gesloten.” Maar als een goede klant onverhoopt zondags aanklopt met een grote order? Het driemanschap kijkt zuinig. „Delta is ’s zondag niet open. Uit principe niet.” Een uitzondering maken de drie voor eventuele calamiteiten. Om de hoek ligt een tomaatrode blusboot.