Pessimisme over vredesconferentie Midden-Oosten
JERUZALEM - Na een hiaat van zeven jaar zijn de onderhandelingen tussen de Israëliërs en de Palestijnen weer in volle gang. De Amerikaanse regering hoopt in november een conferentie bijeen te roepen, waaraan ook Arabische landen mee zullen doen. Het slagen van de conferentie kan leiden tot een doorbraak in het vredesproces, het mislukken ervan tot een verheviging van het conflict.
De conferentie is nog omhuld door vaagheden. Het plan is dat deze op 26 november in Maryland bij Washington wordt gehouden. Het is onduidelijk welke landen de VS zal uitnodigen voor de ontmoeting. Onzeker blijft of Saudi-Arabië en Syrië zich rond de tafel zullen scharen. Mogelijk wordt de conferentie uitgesteld als de partijen te weinig vooruitgang boeken bij de voorbesprekingen.De bedoeling is dat de Israëliërs en de Palestijnen in Maryland met een gezamenlijke verklaring komen. Deze moet vaag genoeg zijn om de partijen geen schrik aan te jagen en concreet genoeg om als basis te dienen voor verdere besprekingen. De onderhandelingen na de conferentie kunnen nog maanden of zelfs jaren duren.
De Palestijnen willen dat de verklaring betrekking heeft op wezenlijke kwesties: de status van Jeruzalem, de rechten van de Palestijnse vluchtelingen, de toekomst van de Joodse nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever en de toekomstige grenzen tussen Israël en Palestina. Israël wil wel over deze zaken praten, maar het wenst toezeggingen vaag te houden.
Israël en de Palestijnse Autoriteit hebben elk een team van vijf personen samengesteld die de gezamenlijke verklaring op moeten stellen. Het Israëlische team wordt geleid door de chef-staf van het premierskantoor, Yoram Turbowicz. De aanvoerder van de Palestijnse onderhandelaars is Achmed Qureia. Hij was premier onder de vroegere Palestijnse leider Yasser Arafat en hij deed veel ervaring op bij eerdere onderhandelingen met de Israëliërs.
Landruil
De Palestijnse president Abbas maakte deze week tijdens een interview met de Palestijnse televisie duidelijk wat hij wil: een staat in het hele gebied dat Israël in de Zesdaagse Oorlog van 1967 op Jordanië en Egypte veroverde. Hij rekende voor dat dat 6205 vierkante kilometer betreft op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook.
Maar de Palestijnen zijn ook bereid tot landruil: Israël mag stukken land dat het veroverde behouden, mits de Palestijnen er evenveel grond voor terugkrijgen. Abbas zou bereid zijn over 2 procent van de Westoever concessies te doen, maar de Israëlische premier Ehud Olmert zou 7 of 8 procent onder Israëlisch bestuur willen houden. Een uitwisseling van land heeft als voordeel dat Palestijnen kunnen claimen dat ze het land hebben gekregen dat Israël veroverde in 1967. En ongeveer vier vijfde deel van de Israëliërs in de Joodse nederzettingen kunnen blijven wonen waar ze zijn neergestreken.
De Israëlische vicepremier Haim Ramon stelt voor straks Arabische wijken van de stad Jeruzalem over te hevelen naar Palestijns bestuur. Discussie over de verdeling van Jeruzalem is lang taboe geweest onder Israëlische politici en Ramon zorgde dan ook voor enige beroering. Zijn uitlatingen riepen ook vragen op: hij liet niet weten aan welke wijken hij denkt en hij zei evenmin of de overdracht betekent dat er een Palestijnse politiemacht in Jeruzalem komt.
Pessimistisch
De partijen zijn een stuk dichter bij elkaar gekomen sinds de onderhandelingen voor het eerst begonnen in 1991. De Palestijnen begrijpen nu bijvoorbeeld dat de meerderheid van de Palestijnse vluchtelingen die terug willen keren, zich zal moeten vestigen in de Palestijnse staat - en niet in Israël. Voor Israël is de stad Jeruzalem nu een bespreekbaar item, hoewel het er niet op lijkt dat het land daar wezenlijke concessies over wil doen.
De kloof tussen beide partijen blijft echter groot. Om deze te overbruggen zijn sterke leiders nodig. Olmert kampt met gebrek aan populariteit en vertrouwen onder de bevolking. Bovendien zijn coalitiepartijen als de Shas en Yisrael Beiteinu en een aantal Knessetleden van zijn eigen Kadima tegen elke concessie over Jeruzalem. Abbas kampt met gebrek aan gezag in eigen gebied. Palestijnse leiders eisen maximale concessies van Israël, maar ze zijn niet van plan om op de Israëlische veiligheidseisen in te gaan. De Israëliërs willen straks geen terreuraanslagen vanuit de ontruimde gebieden.
Waarnemers zijn dan ook vrij pessimistisch over de conferentie in Maryland en de daarop te volgen vredesbesprekingen. De verwachtingen van de Amerikanen en de Israëliërs zijn laag.
Geweld
Marc Otte, de speciale afgezant van de EU voor het Midden-Oosten, waarschuwde maandag in Brussel dat een mislukking van het vredesproces tot gevolg kan hebben dat er een ergere geweldsuitbarsting komt dan na de mislukking van de topconferentie in Camp David in 2000. Toen brak de tweede intifada uit, waarbij duizenden mensen het leven verloren. De verwachting is ook dat de radicale Hamas aan macht wint ten koste van de gematigde Abbas als de conferentie mislukt.
De Israëliërs achten de kans groot dat Hamas aanslagen zal plegen met het doel de vredesonderhandelingen te laten ontsporen. Hamas kan een of meer kamikazeterroristen vanuit de Westoever naar Israëlische bevolkingscentra zenden of vanuit de Gazastrook een aanval openen, eventueel met raketten die hij uit Egypte heeft gesmokkeld. Een dergelijke aanval en een Israëlische respons daarop zal het breekbare proces danig verstoren. En een mislukking is precies wat de radicale Hamas het liefst zou zien.