D. nam op 15 april kalmeringsmiddelen, waaronder valium, en gaf die ook aan haar 5–jarig zoontje en 1–jarig dochtertje. Daarna gooide ze haar dochter in het water aan de Jacob Catskade in Amsterdam en sprong er zelf met haar zoon achteraan. Omstanders haalden de drie weer aan wal.Toen de vrouw probeerde haar zoon opnieuw mee het water in te sleuren, wisten aanwezigen dat te voorkomen. „Waarom heb je me gered? Hij moet dood. Hij mag niet leven’, riep ze daarbij volgens getuigen.

De advocaat van D. pleitte voor een opname in een reguliere psychiatrische kliniek, maar de rechtbank vond dat te risicovol. De vrouw had in voorgaande jaren al verscheidene keren geprobeerd zichzelf om te brengen. Daarbij gebruikte ze kalmeringsmiddelen die ze meenam uit de apotheek waar ze werkte. Ze was ook eerder een keer gestopt met een behandeling bij een psychiater en nam de voorgeschreven medicijnen niet in.

Psychiaters constateerden dat de vrouw aan een ernstig depressieve stoornis lijdt. D. vindt dat haar kinderen beter af zijn in ’het paradijs’. „Op de langere termijn zal ze dat als enige oplossing blijven zien", aldus het psychologisch onderzoek.