Dijkstal: Begrens hoog salaris
DEN HAAG - De overheid moet meer greep krijgen op de hoogte van salarissen bij universiteiten, publieke omroepen en ziekenhuizen.
Dat stelt een commissie onder leiding van oud-VVD-leider Dijkstal in een advies aan het kabinet dat woensdagmiddag werd aangeboden aan minister Ter Horst van Binnenlandse Zaken.Volgens de commissie moeten er drie beloningsregimes komen. Het strengste regime moet gelden voor bestuurders van universiteiten, hogescholen, de publieke omroep en de cultuursector. Zij zouden niet meer mogen verdienen dan de minister-president, het plafond dat ook geldt voor ambtenaren in de publieke sector.
Alleen in uitzonderingsgevallen zou de minister kunnen toestaan dat ze meer verdienen.
Voor instellingen als De Nederlandsche Bank of de beurswaakhond Autoriteit Financiële Markten zou een wat minder zware procedure gevolgd moeten worden, stelt de commissie-Dijkstal. Zij moeten zelf een beloningscode opstellen, die de minister vervolgens moet goedkeuren.
Instellingen die op een wat grotere afstand van de overheid staan, zoals ziekenhuizen en woningcorporaties, wil de commissie-Dijkstal het minst strenge regime opleggen. Zij zouden de inkomens van hun bestuurders alleen openbaar hoeven te maken.
De voorstellen van Dijkstal, die het kabinet al enkele jaren adviseert over beloningen bij de overheid, gaan alleen gelden voor nieuwe contracten. Ook zijn ze alleen van toepassing zijn op bestuurders, en dus niet op professionals, zoals programmamakers bij de publieke omroep.
De topsalarissen in de semipublieke sector, zoals hogescholen, universiteiten, woningcorporaties, ziekenhuizen en energiebedrijven, leiden regelmatig tot irritatie bij burgers en politiek. Deze week nog oefende minister Plasterk kritiek op de forse vergoedingen die universiteiten soms uitkeren aan bestuurders en hoogleraren.
Voor de zomer moest vicepremier Bos zich in de Kamer verantwoorden over het hoge salaris dat oud-minister Hoogervorst verdient bij de Autoriteit Financiële Markten. Hij verdedigde zich toen met het argument dat Hogervorst weliswaar 100.000 euro meer verdient dan toen hij minister was, maar 120.000 euro minder dan in vergelijkbare functies in het bedrijfsleven.
Balkenende III verzette zich met name tegen de hoge beloningen bij Nuon en Essent. Zo verdiende Essenttopman Boersman in 2005 873.000 euro, 50.000 meer dan in 2004.
Een andere kwestie die ophef veroorzaakte was de ’bindingspremie’ die oud-minister Ritzen ontving van de Universiteit Maastricht. Hij kreeg 300.000 euro, enkel voor de belofte dat hij voor langere tijd bij de universiteit zou blijven.
Een belangrijk argument om salarissen in de semipublieke sector te beperken, is dat ze gefinancierd worden uit publiek geld.