„Uitval opvoedingscursus hoog”
Ouders van jeugdige crimineeltjes onder de 12 jaar haken vaak af bij doorverwijzing naar een opvoedingscursus van het bureau Halt. Zij stemmen in eerste instantie wel in met de zogenoemde Stop-reactie, maar 16 procent houdt het voor gezien na het eerste gesprek. Dat blijkt uit de jaarcijfers van Halt Nederland over 2001.
Bij de vrijblijvende opvoedingscursus, die bestaat uit een aantal gesprekken en huiswerktaken, ligt de nadruk op het opvoedingsgedrag van de ouders. „Veel opvoeders vinden het niet leuk om geconfronteerd te worden met hun eigen gedrag. Ook blijkt het nakomen van de afspraken een te grote opgave”, zegt een woordvoerster van Halt Nederland. Afhaken kan omdat de Stop-reactie niet verplicht is.
Het percentage geslaagde Halt-straffen voor jongeren tussen de 12 en 18 jaar ligt daarentegen veel hoger. Slechts 5 procent haakt af. De politie beslist of zij jongeren uit deze groep doorverwijst naar een Halt-bureau of niet. De overtreder mag dan kiezen: of een taak/werkstraf bij Halt of een boete en/of jeugddetentie.
Het aantal verwijzingen naar de Halt-bureaus blijft ook in 2001 weer dalen. Ten opzichte van 2000 is de daling 2,5 procent: van 20.732 naar 20.186. Dat is wel minder dan de daling van 9 procent van 1999 naar 2000. Oorzaak is mogelijk de inzet van politie bij de MKZ-crisis en de eurotransporten. Hierdoor kreeg de doorverwijzing naar Halt waarschijnlijk een lagere prioriteit.
Winkeldiefstal is meestal (24 procent) de reden voor een geslaagde Halt-verwijzing. Ook vernieling (22 procent) en vuurwerkovertredingen (18 procent) scoren hoog. Bij de Stop-reactie liggen deze verhoudingen hetzelfde. Jongens zijn bij beide projecten met ruim driekwart het meest vertegenwoordigd.
Bij het Halt-project zijn jongeren in de leeftijd van 14 jaar het meest aangemeld. Bij de Stop-reactie gaat het meestal om 11-jarigen. Het aantal recidivisten ligt vrij laag. Circa 8 procent van de Halt-jongeren keert terug, bij de Stop-reactie is dat slechts 3 procent.