Het college acht bewezen dat hij een patiënte die hij veertien jaar lang behandelde gedurende vele jaren seksueel misbruikte. Vanwege dit vergrijp en overige „grove tekortkomingen” wordt de algehele inschrijving van de psychiater in het beroepsregister doorgehaald.Volgens de psychiater was zijn patiënte slachtoffer van satanisch ritueel misbruik en leed zij als gevolg daarvan aan een meervoudige persoonlijkheidsstoornis. Omdat hij voor haar een veilige omgeving wilde creëren, ontving hij haar veelvuldig en op ongebruikelijke tijdstippen in zijn huis. Volgens het college is het onduidelijk waarop de man zijn diagnose en zijn uit de hand gelopen behandeltherapie, waarbij lichamelijke aanrakingen een rol speelden, baseerde. In plaats van gegrond te zijn op deugdelijk psychiatrisch onderzoek lijkt zijn aanpak veeleer voort te vloeien uit een preoccupatie met satanisch ritueel misbruik, stelt het college vast.

In de gereformeerde gezindte genoot de psychiater bekendheid als grondlegger van de stichting Psycho Pastorale Hulpverlening (PPH). Begin dit jaar legde hij daar zijn bestuursfuncties neer. Ook zijn betrokkenheid als docent bij de PPH-cursus die gemeenteleden opleidt tot klaagvrouwen is beëindigd, zo heeft het bestuur inmiddels laten weten. Of de psychiater hoger beroep aantekent bij het centraal medisch tuchtcollege is nog niet bekend.

Formeel mag hij zijn praktijk gedurende de beroepstermijn van zes weken nog voortzetten. Het doorhalen van een inschrijving is de zwaarste maatregel waarover een medisch tuchtcollege beschikt.