De oliewet is al lange tijd een twistappel in de bloedige Iraakse politiek. De voltooiing van dit project zou vrede tussen de verschillende clans, bevolkingsgroepen of landsdelen van Irak naderbij kunnen brengen.Dinsdag maakte de nationale regering in Bagdad bekend dat de uiteindelijke tekst van het wetsontwerp na enkele wijzigingen eindelijk door de voltallige regering is goedgekeurd en naar het parlement kan. De regionale regering in het Noord-Iraakse Koerdistan reageerde verontwaardigd op de mededeling. Ze liet in een communiqué weten de uiteindelijke tekst nooit te hebben gezien. Soennitische parlementsleden toonden zich in Bagdad geïrriteerd dat ze volstrekt niet zijn geraadpleegd over de laatste wijzigingen in de tekst.

Het wetsontwerp stelt voor de inkomsten uit ruwe olie eerlijk over de achttien provincies te verdelen en de oliesector onder voorwaarden open te stellen voor buitenlandse investeerders. De uitwerking van de details wordt echter aan het parlement overgelaten.

Over wie het recht heeft op de opbrengst van de oliebronnen wordt een bittere strijd gevoerd door bevolkingsgroepen in Irak. Onder meer de Verenigde Staten hebben herhaaldelijk aangedrongen op een definitieve regeling voor de verdeling van de olie. Eensgezindheid over de verdeling van de olierijkdom, in Irak geschat op een voorraad van 115 miljard vaten, zou een keerpunt kunnen zijn.

In het kalme Koerdische noorden, waar zich naar schatting slechts 3 procent van de Iraakse olie bevindt, zijn al deals gesloten met buitenlandse oliemaatschappijen. Die zouden in strijd kunnen zijn met de door Bagdad beoogde wetgeving.

President Bush heeft woensdag in een patriottische toespraak ter gelegenheid van de Fourth of July, onafhankelijkheidsdag, zijn Irak-beleid verdedigd en gezegd dat de tijd nog niet rijp is om de Amerikaanse troepen naar huis te halen. Volgens Bush vereist een overwinning in Irak „meer geduld, meer moed en meer opoffering.”

Twee Iraakse journalisten van het soennitische televisiestation Bagdad TV zijn afgelopen maand ontvoerd en vermoord, heeft de zender woensdag gemeld. Bagdad TV is in handen van de politieke partij van de soennitische vicepresident Tareq al Hashemi. De organisatie Verslaggevers zonder Grenzen heeft de moorden veroordeeld en de autoriteiten opgeroepen om Iraakse journalisten beter te beschermen.