Akkoord over eenmalige verkoop Afrikaans ivoor
DEN HAAG – De Afrikaanse landen hebben vanmorgen tijdens de 14e Citesconferentie in Den Haag een akkoord bereikt over de verkoop van olifantenslagtanden. De 173 Citeslanden hebben het voorstel tijdens de plenaire vergadering direct aangenomen. Minister Verburg is blij met deze doorbraak.
Na veertien dagen onderhandelen mogen Botswana, Namibië, Zuid Afrika en Zimbabwe hun ivoorvoorraad verhandelen. Het gaat om partijen die tot en met eind januari officieel geregistreerd stonden en toebehoren aan de overheden.Er is nog geen duidelijkheid over de exacte hoeveelheid. „Waarschijnlijk 70 tot 80 ton”, reageerde Andreas Dinkelmeyer, woordvoerder van het International Fund for Animal Welfare (IFAW), donderdagmorgen. Hij is opgelucht over het compromis. „Uiteraard zijn we tegen de verkoop van ivoor, maar gezien de gevoeligheid van het onderwerp is dit de beste optie.”
Kenia en Mali wilden dat de handel in ivoor de komende twintig jaar verboden zou worden, maar de landen zijn nu overeengekomen dat er negen jaar geen slagtanden worden verkocht vanaf het moment dat de verkoop rond is. Aan die transactie zijn strikte voorwaarden verbonden. Japan heeft inmiddels toestemming om ivoor te kopen, China krijgt dat waarschijnlijk ook van Cites. De opbrengsten moeten ten goede komen aan de verdere bescherming van de olifant en aan de plaatselijke bevolking.