Een lagere rechtbank oordeelde eerder al dat in het geval van Mousa de Europese mensenrechtenbepalingen van toepassing zijn. Mousa, een hotelbediende uit Basra, stierf in 2003 nadat hij in een cel van het Britse leger in Basra was mishandeld. Hij zou hebben geprobeerd te vluchten.In 2005 onderschreef een lagere rechtbank een uitspraak van nog weer een lagere rechtbank, die had bepaald dat zowel het Europese mensenrechtenverdrag als de Britse mensenrechtenwet in het geval van Mousa van toepassing is.

Mensenrechtenadvocaat Shami Chakrabarti zei dat het vonnis van woensdag ‘een Brits Guantanamo’ uitsluit. ‘De Britten zullen nooit ergens in de wereld een gevangenis kunnen bouwen en zeggen dat sprake is van een juridisch zwart gat.’ In maart dit jaar veroordeelde de krijgsraad een Britse militair wegens onmenselijke behandeling van Mousa. Vijf andere militairen werden vrijgesproken.

Volgens een advocaat van nabestaanden van Mousa, Phil Shiner, zei de Britse procureur–generaal tegen het leger dat Europese mensenrechtenwetgeving niet van toepassing was in Irak. Ook zei de advocaat dat een in 1972 in Groot–Brittannië ingevoerd verbod op handelingen als het uit de slaap houden van gedetineerden is opgeheven.

De Law Lords bogen zich ook over de dood van vijf andere Irakezen in 2003. Ze werden door Britse militairen gedood, maar zaten op dat moment niet gevangen. Daarom oordeelden de Law Lords dat in hun geval de Europese mensenrechtenwetgeving niet van toepassing is.