De coalitiefracties, CDA, LPF en VVD, hebben de korting op het hoger onderwijs opgenomen in het strategisch beleidsakkoord dat als basis dient voor het kabinetsbeleid in de komende jaren, zo motiveert de staatssecretaris haar voornemen.

SP-kamerlid Vergeer stelde dinsdag kritische vragen aan de bewindsvrouw over de bezuinigingen. Afgelopen maandag, tijdens de opening van het academisch jaar in Delft, suggereerde Nijs dat een verdere verzelfstandiging van het hoger onderwijs mogelijk zou kunnen helpen om de bezuiniging te verlichten.

Hogescholen en universiteiten hebben na verzelfstandiging meer mogelijkheden om geld te verdienen op de vrije markt. Vergeer vreest dat daardoor de onafhankelijkheid van het hoger onderwijs en van het wetenschappelijk onderzoek in het geding komt.

Nijs (VVD) stelde daar tegenover dat verzelfstandiging niet inhoudt dat hogescholen en universiteiten alleen op de vrije markt hun geld gaan verdienen. Welke mogelijkheden zij op het oog heeft, vertelde ze niet.

Het hoger onderwijs mag de bezuiniging in ieder geval niet compenseren door hogere collegegelden te vragen. In het strategisch akkoord is wel afgesproken dat het hoger onderwijs alleen voor zeer bijzondere opleidingen meer collegegeld mag vragen. Nijs deelde dinsdag mee dat een ingestelde werkgroep moet aangeven welke opleidingen die meerwaarde hebben.

LPF-kamerlid Bonke verzet zich niet tegen de bezuiniging, maar vindt dat er eigenlijk meer geld nodig is voor het hoger onderwijs. Universiteiten en hogescholen hebben volgens de LPF’er 300 miljoen euro nodig om hun gebouwen te moderniseren. De campus van de Universiteit Twente dreigt te worden gesloten door de Arbeidsinspectie omdat de gebouwen niet voldoen aan de eisen van de tijd.

Nijs is in gesprek met de vereniging van Nederlandse universiteiten om te bekijken hoe die huisvestingskosten beter in de hand kunnen houden. De universiteiten zijn sinds 1995 eigenaar van hun gebouwen.