Amnesty: Strijd tegen terrorisme holt recht uit
LONDEN - De Verenigde Staten gebruiken de wereld als één groot slagveld voor hun strijd tegen het terrorisme, waardoor het recht wordt uitgehold. Dat stelt Amnesty International in haar jaarlijkse mensenrechtenrapport, dat woensdag is verschenen.
Volgens Amnesty geven de VS en hun bondgenoten met hun gedrag andere landen een catastrofaal slecht voorbeeld en gebruiken landen in de hele wereld de oorlog tegen het terrorisme als excuus om de mensenrechten te schenden en oppositie de kop in te drukken.De aanpak van de Verenigde Staten heeft het terreurgevaar nauwelijks doen afnemen, zo staat in het rapport. Wel is het wantrouwen tussen moslims en niet-moslims toegenomen en is het recht uitgehold. Amnesty spreekt er met name schande van dat de VS terreurverdachten in het geheim overbrengen naar landen waar ze gemarteld kunnen worden. De Amerikaanse regering wordt in het rapport beschuldigd van schaamteloze dubbelhartigheid. Volgens Amnesty hebben de VS in naam van het contraterrorisme zonder aarzeling een „web van misbruik” over de wereld gespannen.
De kritiek op VS wordt gerechtvaardigd door de unieke positie die het land in de wereld inneemt, zegt secretaris-generaal Irene Khan van Amnesty.
„Als we ons concentreren op de VS, dan is dat omdat we vinden dat de VS een land zijn dat zijn enorme invloed en macht constructief moet gebruiken. Als landen als de VS de mensenrechten ondermijnen of negeren, dan zenden ze daarmee een zeer krachtige boodschap uit aan anderen.”
Europese landen worden in het rapport aangevallen omdat ze niet in opstand zijn gekomen tegen het geheime transport van terreurverdachten naar landen in Europa. Ook worden strenge antiterreurwetten en immigratiewetten die Groot-Brittannië, Australië en Japan hebben aangenomen bekritiseerd.
Amnesty veroordeelt ook de campagne die de Russische regering voert tegen journalisten, de mensenrechtensituatie in Zimbabwe en bovenal het voortdurende geweld in de Sudanese regio Darfur, door Khan „een bloedende wond op het geweten van de wereld” genoemd. China wordt verweten te verhinderen dat de Verenigde Naties actie ondernemen tegen Sudan.
Nederland staat voor de tweede keer op rij in het jaarboek. Amnesty heeft onder meer zorgen over berichten dat Nederlandse militairen Irakezen in 2003 zouden hebben mishandeld. Ook de gevolgen van de Schipholbrand houdt Amnesty in de gaten, vooral waar het gaat om de veiligheid van gedetineerden.
De internationale gemeenschap ontbrak het in 2006 aan kracht en wil om het hoofd te bieden aan grote mensenrechtencrises, vindt Amnesty verder. Dat gold voor conflicten zoals in Tsjetsjenië, Colombia, Sri Lanka en het Midden-Oosten.
De vrijheid van meningsuiting werd op verschillende manieren onderdrukt, van de vervolging van schrijvers en mensenrechtenactivisten in Turkije, de moord op politieke activisten op de Filipijnen, tot het voortdurend lastig vallen, in de gaten houden en vaak gevangenzetten van mensenrechtenactivisten in China, de moord op journaliste Anna Politkovskaja en nieuwe wetten die het werk van non-gouvernementele organisaties in Rusland aan banden leggen.
Het internet werd een nieuw front in de strijd om afwijkende meningen te uiten, waarbij activisten gearresteerd werden en waarbij bedrijven samenwerkten met regeringen om toegang tot informatie te beperken in landen als China, Iran, Syrië, Vietnam en Wit-Rusland.