De LTTE–zegsman stelde dat de rebellen de opslagplaatsen met twee eskaders bestookten, omdat die de brandstof leveren voor de gevechtsvliegtuigen van de Srilankaanse regering. Hij zei dat de aanvallen vergeldingsacties waren voor een bombardement met regeringsvliegtuigen op de stad Kilinochchi. Deze plaats ten noorden van Colombo ligt in gebied dat door de opstandelingen bezet wordt gehouden.Het Srilankaanse ministerie van Defensie bevestigde dat de rebellen luchtaanvallen op twee opslagplaatsen voor brandstof had uitgevoerd. Het ministerie liet weten dat door een bombardement lichte schade was ontstaan aan een opslagplaats voor vloeibaar gas. Ook twee gebouwen van Shell Gas Lanka, een lokale dochter van de Nederlands–Britse gigant raakten beschadigd. Bij een oliedepot ontstond geen schade.

De Srilankaanse regering zette luchtafweergeschut in toen vliegtuigen van de Tamil Tijgers het luchtruim boven Colombo binnenvlogen. Daardoor raakten enkele mensen gewond. Verder sloten de autoriteiten de stroomvoorziening af op een moment dat veel inwoners van de stad op televisie naar de finale van het wereldkampioenschap cricket zaten te kijken. Sri Lanka verloor die finale van Australië.

Door de aanval werd het vliegschema van de internationale luchthaven ten noorden van Colombo in de war gegooid. Een aantal vluchten liep vertraging op. Later op de dag kondigden vliegmaatschappijen Cathay Pacific en Emirates aan hun vluchten op Sri Lanka voorlopig te staken in afwachting van een nieuwe beoordeling van de veiligheidssituatie.

De Tamil Tijgers strijden sinds begin jaren tachtig van de vorige eeuw voor een onafhankelijke Tamilstaat in het noorden en noordoosten van Sri Lanka. In die strijd zijn naar schatting 68.000 mensen omgekomen.