Een toevlucht
Wij moeten de woorden van Petrus in onze tekst aannemen tot een volle troost en roem der hoop voor alle ware kinderen van God, die in deze wereld zo veel verdrukking moeten ondergaan. Dit is, o rechtvaardige, ook uw troost, de zekerheid van uw zaligheid. Het ga zo het wil, de rechtvaardige wordt zalig. Alles mag hier in deze wereld gaan en komen, wisselen en keren, bezwijken en eindigen, overwinnen en overwonnen worden, maar die in Christus gerechtvaardigd is, bestaat in eeuwigheid. Dat is volgens de belofte van God in Jesaja 54:10: „Want bergen zullen wijken en heuvelen wankelen, maar Mijn goedertierenheid zal van u niet wijken.”
O, wat een moed, wat een gerustheid, wat een heerlijkheid en onuitsprekelijke vreugde brengt deze zekerheid. Gods kind weet dat de strijd niet van hem afhangt, maar van de Heere. Daarom is de overwinning zeker. Toen Paulus gezegd had dat degenen die God gerechtvaardigd heeft, Hij die ook verheerlijkt, barst hij uit in deze woorden van vrijmoedigheid en roem: „Wat zullen wij dan tot deze dingen zeggen? Zo God voor ons is, wie zal tegen ons zijn?” (Romeinen 8:31).O, zalige ogen die al hun ongeluk kunnen overzien en door al hun kwaad heen zien met een zekere weg en goede uitkomst. Het doet hen met gejuich uitroepen: „God is ons een toevlucht en sterkte…”
David Knibbe predikant te Leiden (”Het oordeel Gods over Zijn huis”, 1682)