Premier: Geen religie in Verklaring Berlijn
DEN HAAG - Premier Balkenende ijvert niet voor een verwijzing naar de joods-christelijke traditie in de Verklaring van Berlijn, die de EU-lidstaten volgende week zullen aannemen.
Dat zei de minister-president woensdag in het debat over de EU-top van eind vorige week.EU-voorzitter Duitsland presenteert volgende week een korte, begrijpelijke verklaring ter gelegenheid van 50 jaar Europese Unie. Die verklaring gaat in op de successen van Europa en de toekomst van de Unie en moet wijzen op gemeenschappelijke Europese waarden, zoals tolerantie, respect en solidariteit.
Een krant meldde vorige week dat Balkenende samen met Polen zou ijveren voor een verwijzing naar de joods-christelijke traditie. Dat bericht is onjuist, zei de premier woensdag.
Maar als de grondslagen van de Europese waarden toch worden genoemd in de verklaring, dan mag de joods-christelijke traditie niet ontbreken in het rijtje naast de Griekse filosofie, het Romeinse recht, de verlichting en het humanisme. „Dat zou onhistorisch zijn”, aldus Balkenende.
D66-Kamerlid Van der Ham diende, gesteund door GroenLinks en de Partij voor de Dieren, een motie in die de regering oproept zich te verzetten tegen verwijzingen naar godsdiensten en tradities in de verklaring en in verdragen.
De PvdA steunt de motie niet. De partij heeft geen moeite met een verwijzing naar godsdiensten in de Verklaring van Berlijn. Een verwijzing naar religies mag echter „op geen enkele wijze” terugkomen in een EU-verdrag, aldus PvdA-Kamerlid Samsom.
De Kamer schaarde zich woensdag achter de milieudoelstellingen die de EU-lidstaten op de top van vorige week overeenkwamen. De landen willen onder meer de uitstoot van CO(in(2 met 20 procent terugdringen en 20 procent minder energie gebruiken.
De Kamer vraagt zich wel af of de doelstellingen haalbaar zijn. SP-Kamerlid Van Bommel stelde dat de EU geen nieuw verdrag nodig heeft, nu de landen hebben laten zien ook op basis van het huidige verdrag „indrukwekkende” besluiten te kunnen nemen.