Dat heeft kolonel David Hook van de Britse strijdkrachten dinsdag gezegd aan boord van het vliegdekschip HMS Ark Royal in Amsterdam.Volgens Hook zullen maritieme bijdragen in de toekomst een steeds belangrijkere rol spelen bij gewapende conflicten, omdat luchttransport van materieel en troepen afhankelijk is van medewerking van andere landen. Die medewerking zal de komende tien, twintig jaar steeds lastiger te krijgen zijn, voorspelde hij. De Britse Marine speelt daarop in met haar wens om twee grote schepen aan te schaffen, die als basis kunnen fungeren voor 36 jachtvliegtuigen.

Nederland heeft voor de gezamenlijke eenheid de Hr. Ms. Rotterdam, het splinternieuwe amfibische transportschip Johan de Witt, gevechtsvliegtuigen en ongeveer duizend militairen in de aanbieding.

De Johan de Witt vaart nu nog onder de vlag van de scheepsbouwer Schelde Marine Bouw, maar wordt begin 2008 overgedragen aan Defensie. Dat is een jaar later dan aanvankelijk gepland. De Johan de Witt heeft in totaal 280 miljoen euro gekost. Het is de bedoeling dat het schip de komende periode nog uitgebreid wordt getest.

Overigens zijn de eerste kinderziektes al komen bovendrijven. December vorig jaar kampte het 177 meter lange schip, met een bemanning van 146 mensen en dertien dekken, met motorproblemen. Die zijn inmiddels verholpen. De Johan de Witt kan dienen als uitvalsbasis bij crisisbeheersingsoperaties, natuurrampen of evacuaties.

Of, hoe en waar de Brits-Nederlandse amfibische eenheid in het kader van de NAVO reactiemacht (NRF) zal worden ingezet, is nog niet duidelijk. Binnen de NAVO bestaat nog discussie over de inzet ervan. Nederland vindt dat de macht, die in totaal uit 25.000 troepen bestaat en om de zes maanden wordt afgelost, ook op verzoek van de VN moet kunnen worden ingezet in gebieden waar geweld moet worden gebruikt.