Dat heeft vicepremier Bos vrijdag gezegd. De lage opkomst is een probleem voor de politiek als geheel, zei Bos. „Alle aspecten komen in het onderzoek aan de orde”, vervolgde de PvdA-minister van Financiën. Er wordt dus niet alleen gekeken of betere voorlichting helpt om de opkomst te verhogen, maar ook of er bestuurlijke veranderingen moeten komen.De vaststelling van de officiële uitslag van de Statenverkiezingen in negen provincies heeft gisteren niet geleid tot veranderingen in de zetelverdeling. In Overijssel heeft de VVD een restzetel verloren aan de SGP, die in die provincie een lijstcombinatie had met de ChristenUnie. In Friesland kreeg GroenLinks een restzetel dankzij een lijstcombinatie met de SP. De Kiesraad publiceert maandag de officiële uitslag van alle twaalf provincies.

Directeur Van Rhee van het ChristenUniepartijbureau zei vrijdag in het ND dat de resultaten voor zijn partij bij de verkiezingen achterbleven in de provincies waar met de SGP wordt samengewerkt. „Met name in Noord-Brabant en ook enigszins in Noord-Holland. (…) We kregen ook van sommige mensen in die provincies te horen dat ze bij de Kamerverkiezingen wel op ons stemden, maar nu niet vanwege de combinatie met de SGP. Dat is iets waar we over na moeten denken, waarmee ik ook weer niet wil zeggen dat we alle banden moeten verbreken.” Van Rhee is er „helemaal niet op uit om overhaaste conclusies te trekken.”

De SGP bestrijdt de lezing van Van Rhee. De ChristenUnie heeft volgens de SGP vergeleken met de vorige Statenverkiezingen juist het meest gewonnen in de provincies waar beide partijen samen optrokken, namelijk in Noord-Holland (+76,3 procent) en in Noord-Brabant (+ 74,4 procent). Op de derde plaats staat Zuid-Holland (+ 71,9 procent), waar SGP en ChristenUnie al jarenlang één fractie vormen.

Van Rhee zegt in een reactie vooral te hebben gekeken naar de uitslag van de laatstgehouden Kamerverkiezingen. Vergeleken daarmee zijn in Noord-Brabant volgens hem „een heleboel stemmen verloren gegaan.”