FNV’ers niet bang voor concurrentie China
AMSTERDAM (ANP) - De meeste leden van de FNV zijn niet bang dat hun werk naar China verdwijnt. Zij verwachten eerder dat Nederland juist profiteert van goedkope Chinese producten.
Dat blijkt uit een representatief onderzoek onder FNV-leden. De volledige uitslag daarvan wordt zaterdag gepresenteerd op de conferentie Made in China, die de vakcentrale heeft georganiseerd. FNV E-magazine bracht woensdag al enkele resultaten naar buiten.Bijna de helft (43 procent) van de leden vindt dat Chinezen die bij Nederlandse bedrijven werken, lid moeten kunnen worden van Nederlandse vakbonden, omdat China geen vrije vakbonden toestaat. De bonden in Nederland kunnen dan opkomen voor de rechten van de werknemers in China.
Negen op de tien FNV-leden vinden dat multinationals als Philips, Unilever en Heineken zouden moeten lobbyen voor betere arbeidswetten in China. Volgens de FNV opereren Nederlandse multinationals over het algemeen heel netjes in China als het om hun eigen fabrieken gaat. Maar tegelijkertijd doen zij wel mee aan een lobby van het internationale bedrijfsleven om betere wettelijke bescherming voor Chinese werknemers tegen te houden, aldus de FNV.
De Chinese regering is bezig de arbeidswet te verbeteren om werknemers met een tijdelijk contract en migranten van het platteland meer rechtsbescherming te bieden. Ontslag zou minder eenvoudig moeten worden. Grote bedrijven mopperen hierover, aldus de FNV.
Op de conferentie in Amsterdam gaat het zaterdag onder meer over het gebrek aan rechten van Chinese werknemers, het optreden van de Chinese staatsvakbond, de rol van het Nederlandse bedrijfsleven en de arbeidsomstandigheden. Zo vertellen twee vrouwen uit de batterijfabriek van GP in Guangdong, waar veel werknemers lijden aan cadmiumvergiftiging, over hun ervaringen.
Het congres is een vervolg op het bezoek van een week dat de FNV-top eind oktober bracht aan China. FNV-voorzitter Agnes Jongerius sprak daar onder meer met vrouwen uit deze fabriek. Zij vindt dat er grotere druk op bedrijven in China moet worden uitgeoefend om de arbeidsomstandigheden te verbeteren.