EU: Werk meer samen bij ontwikkelingshulp
BRUSSEL (ANP) - Europese landen moeten veel beter samenwerken bij het geven van ontwikkelingshulp. Nu gebeurt dat te weinig, waardoor er sprake is van veel bureaucratie, dubbel werk en geldverspilling.
Dat bepleit de Europese Commissie.Landen moeten bereid zijn hun budget voor een bepaald ontwikkelingsland door een ander EU-land te laten besteden, als dat land daar betere mogelijkheden toe heeft.
EU-landen moeten de taken ook beter verdelen en coördineren. Daarnaast moeten ze zich minder richten op de zogenoemde ”donorlievelingen”, landen als Vietnam en Mozambique, die met hulpgelden een voorspoedige ontwikkeling doormaken.
Landen waar hulp nog niet werkt of die geen hulp krijgen, zoals de Centraal Afrikaanse Republiek en Somalië, mogen niet worden vergeten, vindt de Belgische eurocommissaris Louis Michel (Ontwikkelingshulp).
Ontwikkelingslanden willen betere en snellere hulp en minder bureaucratie, aldus Michel. In Tanzania hebben rijke landen bijvoorbeeld meer dan 600 verschillende projecten ter bestrijding van aids. In Kenia leveren twintig donoren medicijnen via dertien verschillende instanties.
De EU levert wereldwijd de grootste bijdrage aan ontwikkelingssamenwerking: met meer dan 50 miljard euro in 2005 gaf de EU (lidstaten plus Commissie) meer dan de helft van alle bijdragen. De Unie beloofde de hulp per 2010 nog te verdubbelen.
Internationaal is afgesproken dat de donorlanden 0,7 procent van hun bruto binnenlands product (bbp) bestemmen voor ontwikkelingshulp. Slechts vijf landen, waaronder Nederland, voldoen aan die norm.
Nederland hanteert een percentage van 0,8 procent, in Zweden en Noorwegen is dat 0,9. De Verenigde Staten geven 0,2 procent van hun nationale inkomen aan ontwikkelingshulp. In absolute cijfers is dat land wel koploper.