Een van de arrestanten zou de dader zijn van de bomaanslag op een kantine van de Hebreeuwse Universiteit in Jeruzalem, eind vorige maand. Negen mensen kwamen daarbij om het leven, onder wie vijf Amerikanen. De verdachte werkte als schilder voor de universiteit.

De vijftien leden tellende cel wordt verder verdacht van een zelfmoordaanslag op een café in Jeruzalem waarbij in maart elf Israëliërs om het leven kwamen en van een mislukte aanslag op het grootste brandstofdepot van Israël. Enkele leden van de cel beschikten over Israëlische identiteitsbewijzen, waardoor zij zich vrijelijk door geheel Israël konden bewegen. Zaterdag werden de eerste twee leden van de cel opgepakt terwijl ze op weg waren om in Tel Aviv een aanslag te plegen.

De huisschilder, Mohammed Odeh (29) uit Jeruzalem, klom op de avond voor de aanslag op de universiteitskantine over een hek van de universiteit in Jeruzalem en verborg de explosieven, die hij had gekregen van medeplichtigen in Ramallah, achter een struik. De volgende dag liep hij met zijn werknemerspasje door de hoofdingang, haalde de bom op en plaatste die in de kantine. Op afstand liet hij de bom met zijn mobiele telefoon ontploffen. De volgende dag werd hij weer gewoon naar zijn werk geroepen. Odeh heeft spijt betuigd over de aanslag op de universiteit, maar daarmee hij was de enige. Enkele andere leden van de cel zeiden trots te zijn op hun werk.

Het feit dat vier van de vijf topleden van de Hamas-cel onbekommerd in Oost-Jeruzalem woonden en werkten, is een zorgwekkend verschijnsel, reageerde de burgemeester van Jeruzalem, Ehud Olmert, gisteravond.

Een akkoord over de gedeeltelijke terugtrekking van het Israëlische leger dreigt te worden geblokkeerd door gewelddadigheden in de Gazastrook woensdag. Israël en de Palestijnen zijn in onderhandeling over een terugtrekking uit Hebron, maar dan moet het volgens Israël wel rustig blijven. „In Gaza zien we dat nog niet”, zei regeringsadviseur Ra’anan Gissin.

George Habash, de oprichter van het radicale Volksfront voor de Bevrijding van Palestina (PFLP), heeft woensdag opgeroepen tot meer aanslagen tegen Israël. Hij wil hiermee wraak nemen voor de dood van de broer van PLFP-leider Ahmed Saadat. Die werd dinsdag door Israëlische militairen in Ramallah doodgeschoten.

De 75-jarige Habash laat zelden iets van zich horen. Nadat hij in 1968 het PFLP had opgericht, werd hij in de jaren zeventig berucht wegens diverse vliegtuigkapingen. De PFLP wil met geweld de Joodse staat vernietigen. Uit protest tegen de Oslo-vredesakkoorden met Israël brak Habash in 1993 met de Palestijnse leider Arafat.

In een verklaring zei Habash dat de moord op Saadats broer laat zien dat het nodig is de strijd tegen Israël op te voeren. „We roepen alle Palestijnse krachten op de samenwerking met de zionistische vijand te bevriezen en de gewapende volksstrijd op te voeren tegen het bezettingsleger en de kolonisten die verantwoordelijk zijn voor deze misdaad”, aldus Habash.

Een Israëlische rechtbank heeft 20,4 miljoen euro aan fondsen bevroren die de Palestijnse Autoriteit nog tegoed heeft van Israël. De rechtbank kwam daarmee tegemoet aan een eis van Israëlische hoteleigenaren die de Palestijnse Autoriteit verantwoordelijk houden voor de drastische daling van het aantal toeristen. De hoteliers beschuldigen de Palestijnse Autoriteit ervan aanslagen op Israëliërs te hebben aangemoedigd. Door het geweld zijn de toeristen weggebleven. De rechtbank heeft nog niet bepaald of en hoe de hoteliers worden gecompenseerd, maar liet in afwachting van het eindoordeel alvast het geld bevriezen.

Het toerisme in Israël is gedurende de eerste zeven maanden van het jaar gedaald met 41 procent ten opzichte van dezelfde periode een jaar geleden.