Een aardverschuiving in een bergdorp in het oosten van Nepal kostte woensdag aan mogelijk 65 mensen het leven. De Chinese regering kondigde de noodtoestand af voor de centrale provincie Hunan, waar ruim 100 mensen de dood hebben gevonden en een groot meer een stad onder water dreigt te zetten. Ook in India en Bangladesh stegen de dodencijfers opnieuw.

De autoriteiten van Hunan in Centraal-China kregen van de regering in Peking de volmacht arbeid, land en materialen te vorderen in de strijd tegen het water. Het leger is in verhoogde staat van paraatheid gebracht rond het Dongtingmeer, waar het water tot recordhoogte is gestegen. Het meer grenst aan Yueyang, een stad van 600.000 inwoners, en tientallen dorpen.

Een Rode-Kruismedewerker zei dat in het zuiden van Hunan ten minste 99 mensen door overstromingen en modderlawines waren omgekomen. Een aardverschuiving in Chenzhou had aan 21 mensen het leven gekost.

Ook in India en Bangladesh eiste overvloedige regenval nieuwe levens. In de Indiase deelstaat Bihar steeg het dodencijfer met tien tot 327. In het district Khulna in Bangladesh kwam een klein meisje om het leven en raakten vijf personen gewond doordat een lemen woning instortte. Het dodencijfer over de afgelopen moessonperiode in Bangladesh steeg daardoor tot 158.