„VS verliezen steeds meer invloed in Irak”
NEW YORK/BAGDAD - De Amerikanen hebben steeds minder invloed op de situatie in Irak die wordt gekenmerkt door toenemende risico’s en de reële mogelijkheid van een verdere verslechtering. Deze sombere prognose is de conclusie van een evaluatie van de situatie in Irak door Amerika’s gezamenlijke inlichtingendiensten.
Deze zogeheten NIE (National Intelligence Estimate) werd donderdag aan president Bush voorgelegd. Vrijdag is het rapport aan het Congres, het parlement, gepresenteerd. Het ontbreekt in de analyse van de inlichtingendiensten niet helemaal aan optimisme. Er zijn mogelijkheden om de situatie ten goede te keren, maar dan moeten Iraks politieke leiders wel bereid zijn om hun strijdbijl te begraven, om gezamenlijk extremisten van alle partijen aan te pakken, om een effectief nationaal bestuursapparaat te creëren en om de wijdverbreide corruptie in Irak aan te pakken.Het kritische rapport komt op het moment dat het Congres debatteert over een resolutie die president Bush’ recente beslissing om meer troepen naar Irak te sturen afkeurt. Deze resolutie komt volgende week waarschijnlijk ter stemming in de Senaat. In de defensiecommissie van de Senaat kwam Washingtons Irakbeleid gisteren uitvoerig aan de orde naar aanleiding van de geplande benoeming van generaal George Casey tot opperbevelhebber van het leger.
„Ik twijfel niet aan uw patriottisme, maar ik heb wel m’n twijfels over een aantal beslissingen die u in de afgelopen tweeëneenhalf jaar in Irak hebt genomen”, aldus Republikeins senator John McCain. Casey was in de afgelopen periode opperbevelhebber van de internationale coalitiemacht in Irak. Hij ontkende dat Amerika’s beleid in Irak op een mislukking is uitgelopen. „Een overwinning is mogelijk, als men maar geduld heeft en bereid is om vol te houden”, aldus Casey.
Amerika’s nieuwe commandant van de troepen in het Midden-Oosten, admiraal William Fallon, denkt daar anders over. Hij verklaarde eergisteren tegenover dezelfde commissie „dat ons huidige beleid niet werkt en dat het tijd wordt om onze prioriteiten in Irak bij te stellen.”
Gisteren kwamen bij een dubbele bomaanslag in de Iraakse stad Hilla zeker 61 mensen om het leven. Volgens veiligheidsfunctionarissen raakten minstens 150 mensen gewond, toen twee zelfmoordcommando’s zichzelf opbliezen in het centrum van de stad circa 120 kilometer ten zuiden van Bagdad.
De ontploffingen in Hilla hadden plaats rond zes uur ’s avonds op een drukbezochte markt. De bommen gingen vrijwel gelijktijdig af, meldden ooggetuigen. De eerste man blies zichzelf op, toen agenten hem fouilleerden aan de rand van de markt. De tweede sloeg meteen daarna toe.
Elders in Irak vonden ook mensen de dood door aanslagen. In Bagdad kwamen zeker elf mensen om, onder wie zes in een bus. Twaalf mensen die stonden te wachten om in het voertuig te stappen, raakten gewond, toen een zelfmoordcommando zich opblies. In de hoofdstad vonden agenten ook de lichamen van dertig eerder omgebrachte mensen.
Volgens het ministerie van gezondheid kostte het geweld in Irak in januari aan 1.990 burgers het leven, meer dan drie keer zoveel als de 548 die vorig jaar in die maand omkwamen. Het dodental is berekend op basis van dagelijkse rapporten van mortuaria en ziekenhuizen in het land.