Comité in EU beslist over therapieën
BRUSSEL - Er is op medisch gebied steeds meer mogelijk. Maar moeten we alles wat kan ook toestaan? Die vraag speelde dinsdag een belangrijke rol in het Europees Parlement bij de standpuntbepaling over regelgeving voor de goedkeuring van nieuwe, baanbrekende therapieën.
De wetenschap maakt een snelle ontwikkeling door. Geneeskunde en biotechnologie betreden terreinen die tot dusver onbekend waren. Er komen, in de bewoordingen van de rapporteur in het EP bij dit onderwerp, „zeer innovatieve” methoden beschikbaar om de zieke medemens te helpen.Tegelijk dient zich ten aanzien van het verrichten van onderzoek in de laboratoria en het toepassen van onconventionele behandelingen telkens in de politiek de afweging aan hoe ver we vanuit ethische normen mogen gaan.
De commissie milieu en volksgezondheid uit het Parlement stemde dinsdag in Brussel over een voorstel om binnen de EU een centrale, gemeenschappelijke procedure in te voeren voor markttoegang van wat wordt aangeduid als geavanceerde geneesmiddelen. Dan moeten we vooral denken aan medicamenten in het kader van gen- en celtherapie, misschien te omschrijven als het ’knutselen’ aan het erfelijk materiaal, en van iets als weefselmanipulatie, erop gericht om beschadigde delen van het lichaam met behulp van bewerkte weefsels van andere mensen of soms van dieren te herstellen.
Dergelijke grensverleggende opties zijn veelbelovend voor bijvoorbeeld kankerpatiënten, voor degenen die getroffen zijn door een hartinfarct en voor slachtoffers met ernstige verbrandingen van de huid.
De bedoeling is dat de Unie een speciaal comité formeert met daarin hooggekwalificeerde en ervaren deskundigen die in de toekomst beslissen over een aanvraag om een medicijn toe te laten dat behoort tot zeg maar de ’buitengewone’ categorie. Zij beoordelen de kwaliteit, de veiligheid en de doelmatigheid.
Het voorstel van de Europese Commissie daartoe kreeg binnen de vakcommissie van het EP ruime steun. Het moet nu als volgende stap de plenaire vergadering van de volksvertegenwoordigers passeren.
Groen licht vanuit Europa voor de introductie van een bepaalde medische aanpak betekent echter niet dat een individuele lidstaat verplicht is die in de ziekenhuizen te accepteren. Elk land behoudt het recht om op grond van de eigen, nationale wetgeving die te weren.
Europarlementariër Blokland (CU-SGP) had samen met zijn Duitse groene collega Breyer, die zich bij vraagstukken rond leven en dood altijd onderscheidt door haar behoudende opstelling, een reeks amendementen ingediend om allerlei ethische aspecten in deze wetgeving op te nemen.
Zo wensten zij te benadrukken dat er een verbod geldt voor het wijzigen van het DNA als dat gevolgen heeft voor het nageslacht, een verbod voor het commercieel gebruik van delen van het menselijk lichaam en een verbod voor het vervaardigen van een product uit een vrucht die is ontstaan door het vermengen van menselijke en dierlijke ei- en zaadcellen.
Een meerderheid van de EP-leden reageerde afwijzend op die aanvullingen. Toch mogen we daaruit niet de conclusie trekken dat betrokkenen een afwijkende visie huldigen op die punten. Blokland: „Sommigen vinden dat die niet thuishoren in een technische regeling als deze. Bij de juridische dienst van het Parlement bestaan hier eveneens twijfels over. Genoemde zaken liggen ook al vast in andere wettelijke voorschriften. Wat wij beoogden was het aanbrengen van extra waarborgen.”
De afgevaardigde van CU-SGP stemde ondanks het verwerpen van zijn amendementen voor het voorstel. Hij licht toe: „We hadden de tekst graag aangescherpt, maar nu dat niet gelukt is, willen we ons niet uitspreken tegen een regeling die bijdraagt tot het gebruik van moderne technieken die oplossingen bieden voor tot nog toe ongeneeslijke ziekten.”