Ook doet de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) tests met een spreek- en luisterverbinding tussen de bestuurderscabine en de gevangenen.Aanleiding voor het experiment is een rapport van de Inspectie voor de Sanctietoepassing. Daaruit blijkt dat er veel klachten zijn over het rijgedrag, waardoor gevangenen zich niet altijd veilig voelen. Ook vrezen ze dat de bestuurders het niet op tijd merken als een gedetineerde onwel raakt.

Minister Hirsch Ballin (Justitie) kondigde de proef met cameratoezicht en andere maatregelen gisteren aan in een brief aan de Tweede Kamer. Zo moeten ook alle bestuurders van gevangenenbussen een aanvullende rijopleiding volgen. Dat moet ertoe leiden dat ze het voertuig beter beheersen en meer inzicht krijgen in de risico’s van collectief personenvervoer.

Hoewel gedetineerden het vervoer in het algemeen als humaan omschrijven, maken ze zich wel zorgen over hun eigen veiligheid. Er zijn geen autogordels voor hen, er wordt vaak te hard gereden en gevangenen weten niet hoe ze het busje moeten verlaten als dat betrokken raakt bij een ongeval, aldus de inspectie.

Volgens de gevangenen duren ritten bovendien vaak nodeloos lang. Ook krijgen ze niet of nauwelijks informatie over de gang van zaken tijdens het vervoer. Daardoor komt het voor dat ze tijdens hun verblijf buiten de gevangenis niets te eten krijgen. Ook de overdracht van medisch-fysieke informatie over gedetineerden laat volgens de inspectie te wensen over.

De Dienst Vervoer en Ondersteuning van de DJI gaat in overleg met het ministerie van Verkeer en Waterstaat bekijken of het mogelijk is een speciaal type veiligheidsgordel te gebruiken. In de loop van dit jaar komt er ook een calamiteitenplan. Minister Hirsch Ballin werkt verder aan een betere en onafhankelijke klachtenregeling voor gedetineerden.

Ook vindt hij dat gevangenen voortaan beter moeten worden geïnformeerd over het vervoer. Uitleg kan volgens de bewindsman het onbegrip bij hen over lange ritten helpen wegnemen.