Kerk & religie

Een midden

De wanhoop is buiten twijfel een gevolg van de zonden. Het eerste voorbeeld in Gods woord was bij Kaïn, die zei: „Mijn misdaad is groter dan dat ze vergeven worde.” En de Joden vroegen aan Jezus: „Wie kan dan zalig worden?”

16 January 2007 08:57Gewijzigd op 14 November 2020 04:26

Het is goddeloos aan God en Zijn vrije genade te wanhopen zolang iemand nog op de weg des levens is. Dat is laster tegen de goddelijke algenoegzaamheid en goedheid, alsof Hij niet wil dat zondaars zalig worden. Ieder die zich God voorstelt als een onverbiddelijke wreker van misdaden kan tot Hem niet naderen. Wie tot God nadert, moet geloven dat Hij is een beloner dergenen die hem zoeken.U vraagt mij welke grond van hoop die mensen hebben die tot nog toe buiten Christus zijn? Ik antwoord dat er een midden is tussen stellig hopen en stellig wanhopen. Dat bestaat uit het oordeel aangaande de uitkomst opschorten en die Gode aanbevelen. Hij weet het.

Aan de ene kant is er de grondslag van de hoop, die niemand heeft dan die door genade wedergeboren is. Aan de andere kant de grondslag van de wanhoop, die niemand heeft dan die gezondigd heeft tegen de Heilige Geest. Dat midden is een reden om niet te wanhopen.

H. Witsius, predikant en professor te Utrecht (”Practicale Godgeleerdheid”, 1731)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer