Achterban CNV Bedrijvenbond eist 3 procent
HOUTEN (ANP) – De achterban van de CNV Bedrijvenbond schroeft in navolging van de FNV-leden de looneis voor volgend jaar op. In totaal willen ze bij de grootste CNV-bond maximaal 3 procent meer salaris bij de cao-onderhandelingen binnenslepen. Daarbij eisen ze in de eerste plaats 1,5 procent. Iedereen een vast bedrag van tenminste ruim 500 euro op jaarbasis, zodat vooral de koopkracht van lagere inkomens verbetert.
Dat heeft voorzitter Jongejan van de CNV Bedrijvenbond zaterdag bekendgemaakt. De vakbondsvoorman gaat maandag de wens van zijn leden neerleggen bij het algemeen bestuur van de vakcentrale CNV. De christelijke vakcentrale had in september nog zijn bonden geadviseerd om loonsverhogingen te vragen tussen de 1,5 en 2,5 procent in 2007.
„Maar bij onze leden leeft sterk het gevoel dat vooral de lagere inkomens de afgelopen jaren zijn benadeeld, terwijl aan de bovenkant wel bonussen zijn uitgedeeld. Ondertussen zijn vaste lasten, zoals gas en licht, voor iedereen evenveel gestegen. Het kabinet heeft dit gevoel niet beantwoord. Dan moeten wij het doen", aldus Jongejan.
De vakbondsvoorman benadrukt dat wordt gekeken naar de verschillen tussen sectoren en bedrijven die goed draaien of in zwaar weer zitten. „Daarbij geldt als basis: een correctie voor de inflatie, ofwel 1,5 procent in centen. Alles daarbovenop is extra in procenten".
Jongejan heeft bij zijn achterban ook de discussie over langer werken en flexibele werktijden aangezwengeld. Daarbij wijst hij op het tekort aan goed opgeleiden krachten en dat de gemiddelde werknemer drie tot vier uur standaard per week overwerkt. „Nu het goed gaat, moeten we die extra uren sparen voor scholing voor later als we het nodig hebben".
Het blijkt een lastige discussie. „Als het druk is, zijn werknemers flexibel en willen ze overwerken. Maar ze willen niet standaard vastzitten aan een langere werkweek van 40 of 42 uur", aldus de vakbondsvoorzitter. „Mensen hebben het gevoel twee roosters te hebben: een op het werk en een thuis. Dan krijg je de vraag: Leef je om te werken, of werk je om te leven? En het idee dat de economie ons leven bepaalt". Het is volgens Jongejan niet voor niets dat veel werknemers bij overwerk vaak om tijd voor tijd vragen. „Maar nu we met de aantrekkende economie een aantal vette jaren krijgen, moeten we wel wat tijd opzij zetten voor scholing. Je moet zorgen dat je bijblijft om je werk te kunnen behouden als het straks minder gaat".