De schermutseling bleef beperkt, maar het hoofd van de veiligheidsdienst van de regering, Moerat Soetalina, kondigde aan dat het plein zou worden schoongeveegd.Oppositieleiders riepen hun aanhang ertoe op de ordetroepen te weerstaan en het plein waar zij sinds donderdag hun kamp hebben opgeslagen te verdedigen.

„Dit is een bruggenhoofd in de strijd voor vrijheid”, zei oppositieleider Omoerbek Tekebajev. Soetalina kondigde de ontruiming van het plein aan na een korte schermutseling, waarbij de politie rookbommen en traangas gebruikte om betogers uit elkaar te halen. Een tiental mensen raakte gewond, van wie er zes moesten worden opgenomen.

Zo’n 7000 betogers demonstreerden dinsdag op het plein voor het aftreden van president Bakijev en diens regering. Zij hadden zich dinsdagmorgen aangesloten bij enkele honderden actievoerders die de nacht op het plein hadden doorgebracht. De betogers kregen het aan de stok met ongeveer duizend aanhangers van de regering, die zich achter een kordon van politietroepen hadden verzameld.

Bakijev kwam nog geen twintig maanden geleden, in maart 2005, aan de macht na een volksopstand tegen het bewind van zijn voorganger Askar Akajev. Bakijev beloofde vergaande hervormingen, maar heeft zich volgens de oppositie niet aan die belofte gehouden. Zijn bewind zou gekenmerkt worden door corruptie en criminaliteit.

De crisis verdiepte zich in de nacht van maandag op dinsdag, toen oppositieparlementariërs een buitengewone parlementszitting belegden om grondwetshervormingen door te voeren.