Congo en Rwanda tekenen vredesverdrag in Pretoria
De presidenten van Congo en Rwanda, Joseph Kabila en Paul Kagame, zullen dinsdag in Pretoria hun handtekening zetten onder een vredesverdrag. Het verdrag is onder bemiddeling van de secretaris-generaal van de Verenigde Naties, Kofi Annan, en de Zuid-Afrikaanse president Thabo Mbeki totstandgekomen.
Medewerkers van Mbeki spreken de hoop uit dat er ditmaal politieke wil zal zijn om het verdrag, dat probeert recht te doen aan zowel de veiligheid van Rwanda als de soevereiniteit van Congo, ten uitvoer te leggen.
Rwanda heeft erin toegestemd zijn troepen uit Congo terug te trekken als Congo de Hutu-milities die na de genocide op een half miljoen Tutsi’s naar Congo zijn gevlucht, oppakt, ontwapent en naar Rwanda terugstuurt. Een Rwandese legerleider verzekerde dat Congo in staat zal zijn de 30.000 man tellende troepenmacht binnen de overeengekomen 45 dagen uit Congo terug te trekken. „Er komen wat logistieke uitdagingen bij kijken, maar het is haalbaar”, aldus generaal Karenzi Karake. „Terugtrekking is alleen moeilijk als je jezelf daarbij moet beschermen tegen de vijand. In dit geval zou daar geen sprake van moeten zijn.”
De andere landen die bij de burgeroorlog in Congo betrokken zijn, hebben hun troepen al eerder weggehaald of aanzienlijk gereduceerd. De door Uganda gesteunde rebellen hebben eerder dit jaar een vredesverdrag gesloten met Kabila, al moet dat nog worden uitgevoerd.
De vredesovereenkomst verplicht Congo en Rwanda er verder toe om de toezichthouders van de Verenigde Naties, Congo en de Zuid-Afrikaanse regering te voorzien van informatie over verblijfplaatsen en aantallen van de Rwandese Hutu-rebellen. Karake liet weten dat Rwanda aan deze voorwaarde al heeft voldaan.
Kabila zegt dat hij na de terugtrekking van het Rwandese leger vredesonderhandelingen wil heropenen met de door Rwanda gesteunde rebellen. Zijn regering heeft voorgesteld Congo te herenigen onder een gezamenlijk bestuur, waarbij Kabila zou aanblijven als president en de leiders van de Rwandese en de Ugandese rebellen vice-president zouden worden. Kabila is van plan verkiezingen te houden als de strijd eenmaal voorbij is. Eerst zal hij echter een eind moeten zien te maken aan de vier jaar oude oorlog, waarin naar schatting 2,5 miljoen mensen zijn omgekomen door wapengeweld, ziekte en hongersnood.