Buitenland

Letse verkiezingen draaien om economie

RIGA (ANP) - Als de 1,4 miljoen kiesgerechtigde Letten zaterdag een nieuw parlement hebben gekozen, kunnen de politieke partijen in Letland voor de twaalfde keer in vijftien jaar een regering vormen. Toch heeft het gemiddelde van één regering per 1,2 jaar de economische en de politieke stabiliteit van de in 1991 onafhankelijk geworden ex-Sovjetrepubliek paradoxaal genoeg weinig schade berokkend.

6 October 2006 11:29Gewijzigd op 14 November 2020 04:10

Vrijwel alle regeringen tot nu toe waren van centrumrechtse en liberale signatuur en voerden trouw markthervormingen door. Waarnemers verwachten dat ook na deze verkiezingen het Letse politieke landschap niet ingrijpend zal veranderen. Premier Aigars Kalvitis, leider van de Volkspartij in de minderheidsregering, kondigde eerder deze week zelfs aan dat zijn gematigd rechtse coalitie een historische zege zal boeken en als eerste regering zal worden herkozen.De Volkspartij van Kalvitis vormt nu een coalitie met de Unie van Groenen en Boeren, de Partij van het Nieuwe Tijdperk en de Eerste Letse Partij. Behalve deze bewegingen hebben zich nog vijftien andere politieke partijen voor de verkiezingen geregistreerd. Enkelen zullen de kiesdrempel van 5 procent niet halen.

Waren bij de vorige verkiezingen nog zaken als de toetreding tot de Europese Unie en eerder nog de relatie met de Russische minderheid in het land belangrijke onderwerpen, nu staat eerlijke verdeling van de economische groei en bestrijding van corruptie centraal. Zelfs de partij die opkomt voor de belangen van de Russischtalige inwoners (Voor Mensenrechten in een Verenigd Letland), heeft de etnische agenda al gedeeltelijk laten varen. Een teken dat integratie en politieke rechten van de Russische emigranten uit de Sovjettijd, van wie velen nog steeds geen Lets paspoort kunnen krijgen en stateloos zijn, langzaam van hun scherpe kantjes worden ontdaan.

Sinds de toetreding van Letland tot de Europese Unie in 2004 hoort het land tot de snelst groeiende economieën van Europa. Het BNP groeide in de eerste helft van 2006 met 12 procent. Het minimumloon is echter blijven steken op 90 lat per maand, circa 130 euro. Ongeveer 10 procent van de werknemers vertrok naar het buitenland op zoek naar een beter betaalde baan. Velen vragen zich ook af of het streven van de regering om de euro zo snel mogelijk in te voeren wel verstandig is in een van de armste lidstaten van de EU.

De komende paar jaar zullen de Letten het waarschijnlijk toch zonder de Europese munt moeten stellen. Welke regering er ook op het pluche komt, eerst zullen er verdere economische maatregelen moeten worden getroffen om onder meer de inflatie te beteugelen. De geldontwaarding lag dit jaar gemiddeld boven de 6 procent, het dubbele van wat Brussel maximaal toelaatbaar acht.

Een ander probleem zijn de innig verstrengelde belangen van het zakenleven en de politieke elite. Het is echter onwaarschijnlijk dat de zittende partijen, met hun eigen zakelijke achterban, daar echt aandacht aan zullen besteden. Hoewel er nog steeds sprake is van welig tierende corruptie, is Letland de laatste jaren opgekrabbeld op de lijst van corrupte landen en zou het land er beter voorstaan dan bijvoorbeeld Polen en Bulgarije.

De corruptie en de onveranderlijk liberaal-economische koers van de opeenvolgende regeringen, heeft volgens waarnemers de politieke interesse van de in totaal 2,3 miljoen Letten langzaam in rook doen opgaan. De opkomst bij de verkiezingen zou zaterdag wel eens veel lager kunnen zijn dan de 71 procent bij de vorige stembusgang. Stabiliteit zou voor weinig mensen een stimulans zijn om naar het stemhokje te gaan.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer