Buitenland

Nationalisme voert in Bosnië nog altijd de boventoon

SARAJEVO - De 2,7 miljoen kiesgerechtigde inwoners van Bosnië-Herzegovina kunnen zondag naar de stembus om onder meer een nieuw nationaal parlement te kiezen. Elf jaar na het einde van de burgeroorlog stemmen Serviërs, Kroaten en moslims nog altijd langs etnische scheidslijnen.

29 September 2006 09:45Gewijzigd op 14 November 2020 04:08

Sinds het vredesverdrag van Dayton uit 1995 bestaat de republiek Bosnië-Herzegovina -een land dat ongeveer een kwart groter is dan Nederland- de facto uit twee autonome entiteiten: de Republika Srpska (49 procent van het grondoppervlak; 30 procent van de naar schatting 4 miljoen inwoners) en de Federatie van Kroaten en Moslims.Beide hebben hun eigen vertegenwoordigende organen, waarvoor de inwoners van Bosnië zondag hun stem kunnen uitbrengen. De Serviërs kiezen een nieuwe Nationale Vergadering, Kroaten en moslims een nieuw Huis van Afgevaardigden. Daarnaast kiezen beide gebieden hun eigen president. In de Bosnisch-Kroatische Federatie vinden bovendien nog eens lokale verkiezingen plaats.

Alsof dat nog niet verwarrend genoeg is, worden er zondag ook nationale verkiezingen gehouden: Serviërs, Kroaten en moslims wijzen niet alleen 42 volksvertegenwoordigers aan voor het Huis van Afgevaardigden (28 namens de Bosnisch-Kroatische Federatie en 14 namens de Republika Srpska), maar kiezen tevens een driehoofdig presidentieel college (een Serviër, een Kroaat en een moslim). In totaal nemen aan de verkiezingen 36 partijen, 8 partijblokken en 12 onafhankelijke kandidaten deel. Het totaalaantal gegadigden bedraagt ruim 7200 kandidaten.

De huidige, gecompliceerde staatsinrichting -een rechtstreeks gevolg van het Daytonakkoord- was aanvankelijk bedoeld als tijdelijke oplossing. De hoop van de internationale gemeenschap was er destijds op gevestigd dat Serviërs, Kroaten en moslims (weer) naar elkaar toe zouden groeien en nieuwe gezamenlijke overlegstructuren zouden ontwikkelen.

Tot op heden is die hoop -alle inspanningen van de internationale gemeenschap ten spijt- geheel ijdel gebleken. Nog dit voorjaar strandde in het nationale parlement een voorstel voor een grondwetswijziging dat de eenwording van het land een stap dichterbij had moeten brengen. Het voorstel voorzag onder andere in een vereenvoudiging van de staatsstructuur -bijvoorbeeld de vervanging van het presidentieel college door één president- en de vorming van een gemeenschappelijke politiemacht.

Dat er voor de grondwetswijziging uiteindelijk twee stemmen te weinig waren, was te danken aan Haris Silajdzic van de Partij voor Bosnië-Herzegovina (SB-H). De voormalige premier verwierp het voorstel met het argument dat het niets wezenlijks veranderde aan de bestaande structuur. Silajdzic voert sindsdien campagne met het een pleidooi voor afschaffing van de entiteiten en de vorming van een nationale eenheidsstaat.

Dat idee stuit echter op grote weerstand onder de Serviërs, die getalsmatig in een herenigd Bosnië niet veel meer te vertellen zullen hebben. De huidige premier van de Republika Srpska en voorzitter van de Partij van Onafhankelijke Sociaal-Democraten (SNSD), Milorad Dodik, liet zich dan ook niet onbetuigd. Mede geïnspireerd door het voorbeeld van Montenegro -dat zich eerder dit jaar na een referendum losmaakte van Servië- heeft Dodik het voorstel geopperd ook onder de Serviërs in Bosnië een volksraadpleging te houden, met als inzet de onafhankelijkheid van de Republika Srpska.

Daarmee is de sfeer van de verkiezingscampagne in Bosnië getekend. Elf jaar na dato is er in het Balkanland bitter weinig veranderd. Opnieuw zullen de meeste burgers hun stem laten bepalen door de etniciteit van de kandidaten. Zowel de partij van Silajdzic als Dodik maakt volgens de peilingen een goede kans de parlementsverkiezingen in zijn eigen territorium te winnen. En onder de Kroaten gaan stemmen op die pleiten voor de vorming van een eigen entiteit. Naar eigen zeggen zouden zij het slachtoffer zijn geworden van discriminatie bij de totstandkoming van het Daytonakkoord.

Politieke formaties zoals de Sociaal-Democratische Partij (SDP) van Zlatko Lagumdzija hebben opnieuw het nakijken. De leider van alle niet-nationalistische partijen in Bosnië wil af van het stemmen langs etnische lijnen en voorrang geven aan bijvoorbeeld het oplossen van de enorme sociaaleconomische problemen in het land, zoals de torenhoge werkloosheid en de wijdverbreide corruptie.

Ook de hoge vertegenwoordiger van de internationale gemeenschap, Christian Schwarz-Schilling -de man die in Bosnië echt aan de touwtjes trekt en al heeft gedreigd met het ontslag van Dodik- zal met lede ogen constateren dat Bosnië na elf jaar vrede nog geen stap verder is gekomen. In 2007 willen de VN zijn functie opheffen. Hoe het daarna verder moet met Bosnië weet niemand.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer