De EU heeft besloten dat luchtpassagiers uit de EU–lidstaten in hun handbagage vanaf begin november geen flessen of andere houders van vloeistoffen mogen stoppen waar meer dan 100 milliliter in kan. De flesjes moeten bovendien in doorzichtige en hersluitbare plastic tassen worden vervoerd.Luchthavens en luchtvaartmaatschappijen hebben volgens de AEA slechts kort de tijd om de maatregelen in te voeren. „Luchthavens moeten erg snel extra personeel inhuren en opleiden en sommige vliegvelden moeten zelfs de opzet van hun faciliteiten aanpassen", zei directeur–generaal Olivier Jankovec van de ACI.

Secretaris–generaal Ulrich Schulte–Strathaus van de AEA voegde daaraan toe dat op een transatlantische vlucht soms wel 420 passagiers zitten. „Als de tijd om ze door de beveiliging te krijgen met een minuut per persoon toeneemt, betekent dat er zeven uur extra nodig is om een vlucht af te handelen".

Dat komt volgens Schulte–Strathaus neer op een enorme belasting voor luchthavens en vervoerders. Ook kan het ergernissen opleveren voor passagiers. De AEA en ACI zijn wel blij dat er nu eenduidige regels zijn over wat een reiziger wel en niet aan boord mag meenemen. De beperkingen voor het vervoer van vloeistoffen komen voort uit de verijdelde aanslagen in Groot–Brittannië. Terroristen zouden van plan zijn geweest vliegtuigen op te blazen met vloeibare explosieven.