Economie

„Ze vinden me gewoon te oud”

RIDDERKERK - Onlangs las hij een artikel in de krant. „Een werkloze vrouw had in twee jaar tijd zo’n 200 keer gesolliciteerd.” Sindsdien beseft Johan de Koning (57) dat hij op sollicitatiegebied een prestatie van formaat levert. „Ik dacht nog: die is lui. Ik heb er in drieënhalf jaar al meer dan 1300 sollicitaties opzitten.” Zonder resultaat. „Er heersen zo veel vooroordelen over ouderen.”

Marcel ten Broeke
20 September 2006 10:05Gewijzigd op 14 November 2020 04:07

Direct relativeert de oud-financieel administrateur zijn opmerkelijke sollicitatiescore. „Tegenwoordig verstuur je sollicitaties per e-mail. Dat gaat natuurlijk stukken sneller dan de handgeschreven brief van weleer. Ik verzend er soms wel dertig op een middag.” Ook vacatures bereiken huize De Koning doorgaans via de breedbandkabel. „Websites van Jobtrack, Monsterboard, de Nationale Vacaturebank: ik spit ze allemaal door.”Het mag duidelijk zijn: De Koning is werkloos. Al spreekt hij zelf liever van werkzoekend. „Dat klinkt gewoon beter. Het is een iets andere insteek, hè.”

De Ridderkerker startte eind jaren zestig als assistent boekhouder, na een opleiding op hbo-niveau te hebben gevolgd. Na wat jobhoppen kwam er een aanbieding van een administratiekantoor voor het onderwijs in Rotterdam. „Een aardige overstap: ik ging daar netto verdienen wat ik voorheen bruto ontving.”

Ruim 23 jaar werkte De Koning er als financieel administrateur. „Ik deed er de totale administratie. Soms met een assistent, vaak in m’n uppie.” Uiteindelijk brak de cultuur binnen het bedrijf hem op. „Er heerste zoveel rivaliteit op de werkvloer en onder druk van het ministerie van Onderwijs moest er steeds meer met minder mensen.” Op advies van vakorganisatie RMU verliet De Koning de organisatie in 1995 met een afkoopsom.

Na enkele andere banen te hebben gehad, zit de Ridderkerker vanaf januari 2003 thuis. Hij ontvangt een WW-uitkering ter hoogte van 70 procent van zijn laatstverdiende loon. „Ik mag niet klagen. Doordat ik de laatste jaren een paar keer van baan veranderde, heb ik mijn salaris flink weten op te krikken.” De vooruitzichten zijn echter minder gunstig. „Over een halfjaar loopt mijn uitkering af. Ik krijg dan nog twee jaar een vervolguitkering op minimumloonniveau, daarna beland ik in de bijstand.”

Al vliegt het De Koning wel eens aan, zijn vertrouwen stelt hij op een Ander. „De Heere neemt mijn zorgen weg. Wanneer ik bezie wat er in de achterliggende jaren in het leven van mij en mijn echtgenote is gebeurd, dan kan ik enkel zeggen: ons leven is in Gods hand. Op Zijn tijd zal Hij ook op werkgebied uitkomst schenken.”

Ondertussen blijft hij aan de lopende band solliciteren. „En ik solliciteer breed. Ik reageer bijvoorbeeld ook op vacatures voor economiedocenten. Als zijinstromer zou ik zo in het onderwijs kunnen starten. Ik heb overigens al onderwijsbevoegdheid voor het vak godsdienst. Daarom reageer ik ook op pastorale functies. Ik zou graag preekbeurten vervullen.”

De Ridderkerker is best bereid om financieel gezien een stapje terug te doen. „Maar het moet niet te gek worden. Een grapjurk uit de refogezindte bood me onlangs een baan aan. Dik 750 euro minder dan mijn oude salaris en zonder aanspraak op pensioenvoorzieningen. Uiteindelijk zou ik er omgerekend 1400 euro per maand op achteruit gaan. Dat vond die man heel normaal, zoiets moest je maar accepteren. Je had dan in elk geval wat.”

Tot nog toe bleven alle inspanningen van De Koning zonder resultaat. „Andere kandidaten passen beter in het profiel, is het gebruikelijke liedje. In andere woorden: ik ben te oud. Toen ik mijn cv enige tijd in verkorte vorm verzond, zonder geboortedatum erbij, kreeg ik in verhouding veel meer reacties. Er heersen zo veel vooroordelen over werknemers op leeftijd. Ondernemers denken dat je inflexibel bent en duur, maar mensen zoals ik zijn dikwijls extra gemotiveerd en hebben bovendien een schat aan ervaring in huis.”

Intussen roept de overheid ouderen op om, met het oog op de naderende vergrijzing, tot een hogere leeftijd te blijven werken. De Koning: „Ze hebben werkelijk geen idee waar ze over praten. Van officiële instanties als het CWI (Centra voor Werk en Inkomen, de vroegere arbeidsbureaus, MtB) of UWV moet je het echt niet hebben. Er is daar zo veel onkunde. Onlangs solliciteerde ik naar een boekhoudkundige functie via het CWI. Krijg ik van een medewerker daar te horen dat ik voor deze baan overgekwalificeerd was. Een hbo-functie nota bene!”

Het CWI maakt bovendien veel te weinig gebruik van een netwerk van bedrijven, meent De Koning. „En juist mensen zoals ik moeten worden binnengepraat. Op voorhand wordt ik om mijn leeftijd al afgeketst.”

Dit is het derde deel in een serie over langer doorwerken met het oog op vergrijzing. Donderdag deel 4.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer