Proces tegen ’genocide–zanger’ begonnen
ARUSHA (ANP) – Voor het Rwanda–Tribunaal (ICTR) is maandag het proces begonnen tegen de voorheen zeer populaire Rwandese zanger Simon Bikindi. Hij wordt ervan verdacht dat hij met zijn liedjes in 1994 radicale Hutu’s zou hebben aangespoord tot de moord op zeker 800.000 Tutsi’s en gematigde Hutu’s.
Het is voor het eerst dat een zanger wegens muziek als medeplichtigheid aan genocide terechtstaat. De 52–jarige Bikindi werd vijf jaar geleden opgepakt in Nederland en vervolgens overgedragen aan het VN–tribunaal in de Tanzaniaanse stad Arusha.„Bikindi’s muziek werd gebruikt om jongeren te mobiliseren om zich aan te sluiten bij de Intermahawme (Hutu–milities), de moordmachine van de (voormalige regeringspartij) MRND", aldus hoofdaanklager Hassan Bubacar Jallow. Een destijds populair lied van Bikindi heet Ik haat de Hutu, waarin hij zich richt tegen Hutu’s die geen hekel hebben aan Tutsi’s.
Bovendien zou Bikindi een van de oprichters zijn van het radiostation dat tijdens de slachtpartijen, die drie maanden duurden, een belangrijke rol speelde. Bikindi was ten tijde van de genocide een belangrijke functionaris op het Rwandese ministerie van jeugd– en sportzaken.