Economie

Nieuwe regels voor WW-uitkering

In de Werkloosheidswet (WW) wordt per 1 oktober een aantal wijzigingen van kracht. De nieuwe maatregelen zijn bedoeld om het aantal werknemers dat een beroep moet doen op de Werkloosheidswet terug te dringen.

Mr. Jan Schreuders
7 September 2006 10:19Gewijzigd op 14 November 2020 04:04

De maatregelen moeten ertoe leiden dat mensen beter aan het werk gehouden kunnen worden of sneller weer aan het werk geholpen kunnen worden. Overigens staan er meer wijzigingen in de WW op stapel dan deze, en een aantal daarvan -voor het arbeidsrecht ingrijpende- gelden al per 1 oktober.Kortere uitkeringsduur
De zogeheten wekeneis, die functioneert als drempel om voor een uitkering in aanmerking te komen, is aangescherpt. Voortaan moeten werknemers 26 weken van de voorafgaande 36 weken hebben gewerkt om voor een WW-uitkering in aanmerking te komen (voor bepaalde beroepsgroepen geldt een uitzondering).

De werknemer die alleen voldoet aan deze wekeneis, ontvangt voortaan gedurende maximaal drie maanden een loongerelateerde uitkering, dus gekoppeld aan het laatstverdiende salaris. Om voor een langere WW-uitkeringsduur in aanmerking te komen, moet de werknemer niet alleen voldoen aan de wekeneis, maar ook aan de zogenaamde ”vier-uit-vijfeis”. Deze eis betekent dat in vier van de voorafgaande vijf jaren op minstens 52 dagen arbeid in loondienst moet zijn verricht. Wie hieraan voldoet, krijgt per kalenderjaar aan arbeidsverleden één extra maand WW-uitkering.

Werkloze werknemers die zes jaar arbeidsverleden hebben, krijgen dus zes maanden uitkering; bij negentien jaar arbeidsverleden is dat negentien maanden. Let wel: deze uitkeringsduur is inclusief de eerste drie maanden basisuitkering.

Het voorgaande betekent dat de totale WW-uitkeringsduur sterk wordt bekort. Voor wie aan de beide eisen voldoet, was de maximale duur van de WW-uitkering vijf jaar. Dat is onder de nieuwe wetgeving teruggebracht tot drie jaar en twee maanden.

De hoogte van de WW-uitkering wordt enigszins aangepast. In de huidige situatie, dus tot 1 oktober, bedraagt de uitkering 70 procent van het minimumloon bij een kortdurende WW-uitkering -die wordt verstrekt indien werknemers alleen aan de wekeneis voldoen- of 70 procent van het dagloon bij een loongerelateerde uitkering. Onder de nieuwe regeling worden alle uitkeringen op het dagloon gebaseerd. De WW-uitkering bedraagt de eerste twee maanden 75 procent van het dagloon; vanaf de derde maand wordt én blijft de uitkering 70 procent van het dagloon.

Versoepeling ontslagrecht
Indien een werknemer verwijtbaar werkloos raakt, dan wordt de WW-uitkering geheel geweigerd. We noemen dit de verwijtbaarheidstoets. Verwijtbaar werkloos is de werknemer die zich zodanig heeft gedragen dat hij redelijkerwijs kon voorzien dat zijn (wan)gedrag zijn ontslag tot gevolg zou hebben. Meestal leidt dergelijk gedrag tot een ontslag op staande voet. De wet spreekt van een dringende reden die ontslag op staande voet rechtvaardigt.

Na 1 oktober verandert deze situatie niet. Wie op staande voet wordt ontslagen of wordt ontslagen wegens wangedrag dat normaal gesproken tot ontslag op staande voet zou hebben geleid, is nog steeds verwijtbaar werkloos.

Nu vindt een ontslag niet altijd plaats op grond van wangedrag. De meeste ontslagen zijn een gevolg van andere omstandigheden, zoals een slechte bedrijfseconomische situatie, verstoorde verhoudingen, niet goed functioneren of ziekte. Ten aanzien van deze ontslagredenen wordt de verwijtbaarheidstoets vanaf volgende maand flink beperkt.

Op dit moment is het nog zo dat een werknemer altijd protest moet aantekenen tegen zijn ontslag. Als een werknemer moet worden ontslagen, moet hij een gerechtelijke procedure voeren om zijn recht op WW veilig te stellen, al dan niet slechts in formele zin.

Na 1 oktober is dit anders. In de nieuwe situatie heeft de werknemer recht op een uitkering, ook al heeft hij geen officieel bezwaar gemaakt tegen zijn ontslag. Iemand is alleen nog verwijtbaar werkloos -en krijgt dus geen WW- als hij zelf zonder acute noodzaak ontslag neemt, of als hij wegens een „dringende reden” wordt ontslagen.

Maar in de praktijk liggen zaken niet altijd even helder. Raadpleeg dus in geval van een ontslag altijd een deskundige die juridisch geschoold is en thuis is in het arbeidsrecht!

Voor werknemers die worden ontslagen, is het van groot belang dat zij zich zo vroeg mogelijk (vier weken voor de eerste werkloosheidsdag) inschrijven bij het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI). Want hoe eerder iemand zich inschrijft, hoe groter de kans dat hij of zij door CWI snel weer aan het werk geholpen kan worden en hoe sneller het recht op een uitkering kan worden beoordeeld.

voetnoot (u17(De auteur is werkzaam bij de RMU als manager dienstverlening.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer