Dat blijkt uit woensdag gepubliceerde cijfers van de Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie (VNCI).De Nederlandse chemiesector, na voeding de grootste sector in de Nederlandse industrie, realiseerde in de eerste helft van 2006 een omzetgroei van 14 procent. Daarmee presteerde de branche veel beter dan de meeste andere industriële sectoren.

De productie steeg de afgelopen zes maanden met 6 procent ten opzichte van het eerste halfjaar in 2005. De afzetprijzen namen toe met ruim 7 procent.

Over het gehele vorige jaar groeide de omzet met 9 procent tot 40 miljard euro. Dit was geheel te danken aan een stijging van de afzetprijzen. Het productievolume bleef vorig jaar op hetzelfde niveau hangen als in 2004.

De productiestijging in het eerste halfjaar vond vooral plaats in de basischemie. Daar nam de productie toe met 9 procent. Bij de chemische eindproducten was de groei minder en steeg de productie met 1,5 procent.

De chemiesector profiteert van de algemene opleving van de Nederlandse economie. Dat constateerde Rein Willems, directeur Shell Nederland en voorzitter van de VNCI, begin dit jaar al. De groei van het bruto binnenlands product bedroeg vorig jaar 0,9 procent, dit jaar is de algemene verwachting een groei van 2,75 procent.

De VNCI verwacht dan ook dat de positieve trend in de chemiesector in de tweede helft van het jaar doorzet. De branchevereniging verwacht dat de chemiesector dit jaar met 11 procent zal groeien. Begin dit jaar ging de VNCI nog uit van een omzetgroei van ten minste 6 procent.

Wel houdt de VNCI een slag om de arm wat de hoge olieprijzen betreft. Algemeen directeur Colette Alma van de VNCI constateert dat bedrijven momenteel steeds meer moeite hebben om de hoge grondstofprijzen door te berekenen aan de afnemers. „Hoewel het beeld voor de totale sector er goed uitziet, ondervinden sommige bedrijven grote moeilijkheden om in de zwarte cijfers te blijven.”