Syrië belooft medewerking aan uitvoeren VN-resolutie
DAMASCUS/JERUZALEM - Syrië verzet zich niet langer tegen de jongste resolutie van de Veiligheidsraad over Libanon en gaat daarmee het wapenembargo tegen Hezbollah naleven.
Die belofte heeft secretaris-generaal Kofi Annan van de Verenigde Naties gekregen tijdens een bezoek aan de Syrische president Bashar al-Assad. Assad heeft ermee ingestemd om „alle nodige maatregelen” voor het wapenembargo in te voeren, zei Annan na afloop.Beide leiders spraken elkaar gisteren in Damascus over het kwetsbare staakt-het-vuren tussen Israël en Hezbollah, dat op 14 augustus een einde maakte aan de gevechten. Syrië is een belangrijke bondgenoot van Hezbollah en leverde de organisatie wapens of faciliteerde wapenleveranties vanuit Iran.
Annan heeft van Assad de toezegging gekregen dat Syrië gaat patrouilleren langs de grens met Libanon en zal samenwerken met het Libanese leger om wapenleveranties aan Hezbollah te voorkomen. Ook zal Damascus contact onderhouden met de Libanese strijdkrachten en de VN-macht Unifil in het zuiden van Libanon. Wel blijft de Syrische president fel gekant tegen de komst van VN-militairen langs de Syrisch-Libanese grens.
De Syrische belofte lijkt het eerste succes van Annan tijdens zijn rondreis door het Midden-Oosten, waarbij hij de afgelopen dagen Libanon en Israël aandeed. Israël weigert vooralsnog de blokkade van Libanon op te heffen, onder meer omdat vanuit Syrië nog steeds wapens over de grens naar dat land zouden worden gesmokkeld.
Intussen is binnen de Israëlische regering onenigheid ontstaan over een onderzoek naar de 34 dagen durende oorlog in Libanon. Premier Ehud Olmert kondigde deze week twee beperkte regeringsonderzoeken aan. Maar minister van Defensie en leider van coalitiepartner Arbeidspartij Amir Peretz liet gisteren weten voorstander te zijn van een staatscommissie. Die heeft veel meer bevoegdheid en kan mensen onder ede horen.
Volgens Peretz kan alleen een staatscommissie zorgen voor een „eerlijk en transparant onderzoek.” Een meerderheid van zijn parlementaire fractie steunt hem, maar er is ook kritiek. Minister van Infrastructuur Benjamin Ben-Eliezer beschuldigde Peretz ervan „een zigzagpolitiek” te voeren omdat hij eerder Olmerts voorstel steunde.
Onder de bevolking groeit de steun voor de instelling van een staatscommissie. Veel Israëliërs beschouwen de oorlog in Libanon, die 160 Israëlische en ruim 1000 Libanese levens eiste, als een mislukking. De roep om het aftreden van zowel Olmert als Peretz wordt steeds luider.
Overigens heeft Israël zijn bezwaren tegen deelname van Indonesië aan de VN-vredesmacht in Libanon ingetrokken. Dat heeft de Indonesische minister van Defensie, Juwono Sudarsono, gisteren gezegd. Jakarta zal maximaal duizend militairen leveren. Volgens de minister hebben Indonesische functionarissen via een derde partij contact gehad met Israël. De VN willen 15.000 blauwhelmen stationeren in Zuid-Libanon. Die moeten toezien op naleving van het staakt-het-vuren.
Eerder zei Israël geen troepen te accepteren uit landen waarmee het geen diplomatieke banden heeft, zoals Indonesië. Het gematigde moslimland heeft de afgelopen week de neutraliteit van de Indonesische troepen benadrukt. Israël blijft wel bezwaar houden tegen deelname aan de missie door landen als Maleisië en Bangladesh, die elk contact met Israël weigeren.
De Spaanse regering heeft gisteren besloten maximaal 1100 militairen te leveren aan de versterkte VN-vredesmacht voor Libanon en de leiding van een van de multinationale brigades op zich te nemen. Het parlement moet nog met de bijdrage instemmen, maar zal naar verwachting akkoord gaan.