Europese landen bereiden VN–missie Libanon voor
BRUSSEL (AP) – Moslimlanden moeten een grote bijdrage leveren aan de internationale vredesmacht die in Zuid–Libanon wordt gestationeerd, hebben Europese diplomaten dinsdag gezegd.
Volgens Teemu Tanner, voorzitter van het Comité voor Politieke en Veiligheidsvraagstukken van de Europese Unie, is het zaak dat zoveel mogelijk verschillende landen deelnemen, inclusief moslimlanden. Hun deelname wordt van doorslaggevend belang geacht voor het welslagen van de missie omdat de vredesmacht anders zou kunnen worden gezien als een ’christelijke’ macht.Israël is echter tegen de inzet van landen die de Joodse staat niet erkennen. Indonesië, Maleisië en Bangladesh hebben duizenden militairen aangeboden, maar onderhouden geen diplomatieke betrekkingen met Israël. Turkije, dat Israël wel erkent, biedt mogelijk uitkomst. Het Turkse kabinet besloot maandag om ook troepen te sturen naar Libanon voor minimaal een jaar, maar hoeveel dat er worden is nog onduidelijk. Hoewel er verzet is tegen de beslissing van het kabinet, is het onwaarschijnlijk dat de tegenstanders in het parlement sterk genoeg zijn om de regering de voet dwars te zetten.
Minister van Buitenlandse Zaken Bot, die maandag zijn Indonesische ambtgenoot Hasan Wirajuda ontving in Den Haag, zei het belangrijk te vinden dat landen als Indonesië deelnemen aan de vredesmacht, zodat duidelijk is dat niet alleen West–Europa erachter staat. Ook Tanner noemde het aanbod van Indonesië en dat van Maleisië heel belangrijk.
Verschillende Europese landen, die in totaal 6.900 militairen hebben toegezegd, bereiden inmiddels het vertrek van troepen naar Zuid–Libanon voor, om daar deel uit te maken van de VN–missie. Duizend Italiaanse manschappen vertrokken dinsdag vanuit de Zuid–Italiaanse havenstad Brindisi naar Libanon, waar ze vrijdag zullen aankomen. Italië stuurt de komende maanden in totaal bijna 2.700 mariniers en ondersteunend personeel. Vanaf februari volgend jaar neemt het de leiding over van de VN–vredesmacht die momenteel wordt samengesteld. Tot die tijd leidt Frankrijk de missie.
Een bataljon van negenhonderd Franse soldaten arriveert medio september in Libanon, zei het ministerie van defensie. Frankrijk heeft al vierhonderd soldaten in het land. Ze maken deel uit van de UNIFIL–missie. De Franse troepenmacht zal uiteindelijk aanzwellen tot tweeduizend. De soldaten die 15 september arriveren nemen tanks, andere voertuigen en zware artillerie mee, aldus het ministerie.
Een Spaanse marine–eenheid kreeg dinsdag opdracht zich voor te bereiden op vertrek naar Libanon, meldde het ministerie van defensie. Uit hoeveel mariniers de eenheid bestaat wilde het ministerie niet zeggen, maar de regering overweegt naar verluidt zevenhonderd tot duizend man te sturen. De regering keurt de uitzending naar verwachting vrijdag goed, waarna het parlement zijn toestemming nog moet geven.
De Italiaanse premier Romano Prodi en minister van defensie Arturo Parisi gingen aan boord van het Italiaanse vliegdekschip Giuseppe Garibaldi, het vlaggenschip van de Italiaanse marine, om de troepen succes te wensen. In september en oktober zullen duizend Italiaanse mariniers in het zuiden van Libanon zijn gestationeerd. De laatste twee maanden van het jaar zullen dat er 2.450 zijn, zei Parisi.
De Italiaanse regering keurde het sturen van de troepen maandag goed. Hoewel het parlement nog zijn fiat moet verlenen, worden de troepen al op pad gestuurd. Minister van buitenlandse zaken Massimo D’Alema zei dat de VN–missie de internationale gemeenschap de gelegenheid biedt om vrede in de regio dichterbij te brengen. De regering zegde Libanon tevens dertig miljoen euro aan steun toe. De vredesmissie kost Italië dit jaar naar verwachting bijna 187 miljoen euro.
Op een donorconferentie die donderdag voor de wederopbouw van Libanon in Stockholm wordt gehouden moet vijfhonderd miljoen dollar (390 miljoen euro) worden opgebracht. Dat heeft de Zweedse minister voor ontwikkelingshulp Carin Jämtin dinsdag gezegd. Zweden schenkt in ieder geval dertig miljoen dollar (23,8 miljoen euro), zei Jämtin. De minister zei teleurgesteld te zullen zijn als het doel niet wordt gehaald.