Minder dan de helft van de inwoners van beide provincies beschouwt bijvoorbeeld chatten via MSN als nuttig. Ook behoren zij tot degenen die het nut van de mobiele telefoon het meest betwisten.Dit blijkt uit onderzoek van Motivaction onder ruim 1400 Nederlanders, dat in opdracht van KPN is uitgevoerd en donderdag is gepubliceerd.

Een op de drie Zeeuwen zegt moeite te hebben met het bijhouden van nieuwe ontwikkelingen. Slechts 7 procent is echt bekend met digitale televisie. Ook veel inwoners van Overijssel, Gelderland en Noord-Brabant geven aan dat technologische vernieuwingen soms te snel gaan. Bij relatief veel Drentenaren en Friezen komen er gevoelens van stress en onvermogen naar boven als het gaat om communicatiemiddelen.

Inwoners van Zuid-Holland, Groningen, Limburg en Utrecht zijn het positiefst over nieuwe ontwikkelingen. Groningers hebben een meer dan gemiddelde belangstelling voor producten die nog niet op de markt zijn.

Een vijfde van de ondervraagden in de noordelijke provincie hoopt echter wel dat de communicatiemiddelen in de toekomst goedkoper worden. Ook de Zuid-Hollander klaagt over de kosten, blijkt uit het onderzoek.

Limburgers hoeven niet zo nodig nieuwe producten uit te proberen, maar zijn wel zeer geïnteresseerd in bellen via internet en overal kunnen internetten. Utrechtenaren tonen, evenals Noord-Hollanders, een bovenmatige belangstelling voor de mogelijkheid om de mobiele telefoon als betaalmiddel te gebruiken. Brabanders zijn vooral positief over chatten via internet.

KPN liet het onderzoek uitvoeren in het kader van het 125-jarige bestaan van telefonie in Nederland. In 1881 werd in Amsterdam de eerste telefooncentrale in gebruik genomen.

Het telecombedrijf doet de komende acht weken met een speciale bus alle provincies aan om nieuwe communicatiemiddelen, zoals beeldbellen en digitale televisie, onder de aandacht te brengen.

De bus stond donderdag op het Stadsplein in Amstelveen, waar de 75-jarige Jeanne Sitskoorn-van Egmond een ’ouderwets’ telefoonsnoer mocht doorknippen.

De vrouw had nog als telefoniste het tijdperk meegemaakt dat de PTT gesprekken handmatig met zogenoemde koorden tot stand moest brengen. Tussen 1954 en 1957 deed Sitskoorn-van Egmond dit in Den Haag.

Mensen die wilden bellen, moesten een gesprek aanvragen, waarna zij teruggebeld werden als er een verbinding was gemaakt. „Dat kon soms wel een kwartier duren”, aldus Sitskoorn-van Egmond.

Na 1962, toen het telefoonnetwerk geheel geautomatiseerd was, verdween de telefoniste. Sindsdien volgden nieuwe ontwikkelingen elkaar snel op. KPN gaat nu zelfs zijn centrales ontmantelen om telefonie via een op internet gebaseerd netwerk vrij baan te geven. „Het einde van vaste telefonie is nabij”, zei Michiel Buitelaar, directeur consumentenzaken van KPN. „Het gaat heel hard. We verkopen het product InternetPlusBellen tegenwoordig meer dan ADSL in de hoogtijdagen.”

Buitelaar verwacht dat KPN binnen enkele jaren de verkoop van aansluitingen voor vaste telefonie staakt. Het bedrijf wil volgend jaar mensen die verhuizen met klem adviseren over te stappen op internettelefonie. Met telecomtoezichthouder OPTA is al gesproken hiervan een gangbare praktijk te maken. Obstakels zijn er volgens de directeur nog altijd, zoals de leveringsplicht die KPN met vaste telefonie heeft.