Aantal aanslagen in Irak stijgt sterk
BAGDAD - Het aantal aanslagen met bermbommen gericht tegen Iraakse en Amerikaanse troepen is de afgelopen maanden sterk gestegen. Dat hebben Amerikaanse functionarissen, die anoniem wensen te blijven, donderdag gezegd.
De functionarissen bevestigden een bericht in de New York Times dat het aantal bomaanslagen op Iraakse en Amerikaanse soldaten sinds januari bijna is verdubbeld. Het lijkt erop dat de opstand in Irak heviger is dan ooit, ondanks de recente dood van de leider van al-Qaida in Irak, Abu Musab al-Zarqawi.Donderdag werd al bekend dat zo’n 3500 Irakezen in juli omkwamen bij sektarisch geweld, het hoogste aantal in één maand sinds de inval in maart 2003. In de regio Bagdad alleen al vielen in juli 1500 doden. In juli explodeerden volgens de functionarissen in Irak in totaal 2625 bommen, of werden ontdekt voor ze tot ontploffing werden gebracht. In januari waren dat er ’slechts’ 1454. Van de in juli daadwerkelijk ontplofte bommen -1666- was zo’n 70 procent gericht tegen Amerikaanse troepen, 20 procent tegen Iraakse troepen en 10 procent tegen burgers.
De Verenigde Staten hebben bijna 12.000 Amerikaanse en Iraakse soldaten extra naar de hoofdstad gestuurd. Ondanks het toenemende geweld zei de Iraakse premier Nouri al-Maliki dat regeringstroepen in staat zijn om in het grootste deel van het land de orde te handhaven.
Irak trekt in augustus en september twee keer zo veel geld voor de import van olieproducten uit dan gewoonlijk, om het hoofd te bieden aan de grootste brandstofcrisis in het land sinds de val van Saddam Hussein in 2003.
De overheidsinstelling die verantwoordelijk is voor de import van olieproducten, de SOMO, zei dat in plaats van 167,7 miljoen euro het dubbele van dat bedrag zal worden besteed aan in te voeren geraffineerde olieproducten.
Hoewel Irak op twee landen na de grootste oliereserves ter wereld heeft, is het door een acuut tekort aan geraffineerde producten als benzine, kerosine en aardgas afhankelijk van de import van dergelijke producten. De tekorten zijn onder meer te wijten aan opstandelingen die pijpleidingen saboteren, corruptie en verouderde raffinaderijen.