Binnenland

De muziek verstomde

ZEELAND - „Het is stil in de muziekkiosk, middenin een concert verstomde het.” De regels aan de muur in de huiskamer van weduwe R. Kempen-Rops (65) geven uitdrukking aan het verdriet dat haar gezin trof toen zoon Mark (26) op 15 juli 1996 om het leven kwam bij de ramp met de Hercules op vliegbasis Eindhoven. Zaterdag is dat tien jaar geleden. „Gelukkig mochten wij Mark nog zien.”

14 July 2006 11:31Gewijzigd op 14 November 2020 03:56
ZEELAND – De Brabantse weduwe R. Kempen Rops (65) toont een foto van haar zoon Mark, korporaal bij de landmacht, die op 15 juli 1996 om het leven kwam bij de crash met een Hercules op de vliegbasis Eindhoven. „Ik mis m’n jongen, vanbinnen voel ik het sc
ZEELAND – De Brabantse weduwe R. Kempen Rops (65) toont een foto van haar zoon Mark, korporaal bij de landmacht, die op 15 juli 1996 om het leven kwam bij de crash met een Hercules op de vliegbasis Eindhoven. „Ik mis m’n jongen, vanbinnen voel ik het sc

Het doordringende geluid van enkele F-16’s vult de lucht tijdens het gesprek in huize Kempen in het Noord-Brabantse dorpje Zeeland. „Die zijn van vliegbasis Volkel, hier vlakbij”, weet de Brabantse. „Mijn man heeft daar nog als technicus gewerkt voor de luchtmacht.” In gedachten verzonken tuurt Kempen een ogenblik voor zich uit. In 1996 verloor ze een van haar drie zoons bij de Herculesramp. Bijna acht jaar later moest ze haar man missen. Botkanker.De dag van de Herculesramp staat in Kempens geheugen gegrift. De afgelopen week nog was ze voor een herdenkingsplechtigheid in Italië, het land waar de Hercules vertrok. „Mark belde op maandagochtend rond halftwaalf vanuit Italië dat ze na een optreden met het Fanfarekorps der Koninklijke Landmacht zouden vertrekken naar Nederland. Hij zei me dat hij een fles olijfolie bij zich had om mij cadeau te doen. Vrijdags na thuiskomst zou hij voor een zeilvakantie naar Turkije vertrekken.”

Hoe anders loopt het. „Mijn man en Marks tweelingbroer zaten in de kamer het avondjournaal van zes uur te kijken. Ik was in de keuken bezig en luisterde naar de regionale zender”, aldus Kempen. „De uitzending werd plotseling onderbroken en over de radio kwam het nieuws binnen dat op vliegbasis Eindhoven een militair vrachttoestel was verongelukt. Ik zei direct tegen de anderen: Oh, dat is Marks vliegtuig.”

Vader Kempen belt naar de bases in Volkel en Eindhoven voor meer details over het ongeluk. Het gezin blijft echter verstoken van informatie en is aangewezen op de televisie, teletekst en de radio. Ook het bellen van de op tv getoonde alarmnummers levert niets op.

„Uiteindelijk kregen we de politie van Eindhoven te pakken”, zegt Kempen. „Die droeg ons op naar de vliegbasis Eindhoven te komen.” Later op de avond komt langzamerhand het nieuws door dat de crash met de Hercules meerdere slachtoffers heeft geëist. „Bij binnenkomst in de hal konden we op een kladblok aangeven wie we waren en voor wie we kwamen. Het wachten duurde enorm lang. Aan een grote tafel zaten wat hoge generaals en ook toenmalig premier Kok was er. Mijn man was woest. In een eerste vlaag van boosheid gooide hij eruit: Hoe konden jullie de jongens nu toch zomaar in een vrachtvliegtuig meesturen? Er waren zelfs nabestaanden in de hal die van frustratie stoelen kapotsloegen op de tafels.”

Na lang wachten roept een officier een paar namen af van nabestaanden. Zij moeten de zaal verlaten. „Wij als gezin waren in de veronderstelling dat deze mensen een verdrietige boodschap zouden horen. Degene die de namen had voorgelezen zei echter dat er voor de slachtoffers van wie de familieleden nog in de hal aanwezig was, geen hoop meer was.”

Het gezin Kempen leeft in de dagen direct na de ramp in een roes. Defensie stuurt een maatschappelijk werkster langs om de eerste praktische zaken voor de familie te regelen, zoals de begrafenis. Vader Kempen gaat naar Tilburg om Marks kamergenoot van het slechte nieuws op de hoogte te brengen. Hij neemt direct wat spullen mee van Mark, die naast zijn muzikale werkzaamheden voor de krijgsmacht rechten studeert.

De woensdag na het ongeluk heeft op vliegbasis Eindhoven de herdenking van de slachtoffers plaats. „Het was een ongelooflijk trieste bijeenkomst”, weet Marks moeder zich te herinneren. Ze haalt er een boekje bij met foto’s van de plechtigheid. Ergens op de voorste rij is toenmalig minister van Defensie Voorhoeve te zien, evenals premier Kok. „Iedereen huilde en voor in de hal stonden de kisten met de lichamen van de slachtoffers. Gelukkig mochten wij kort daarvoor Mark nog zien. Ondanks de brand in het toestel was onze zoon niet direct door het vuur aangetast.”

Twee dagen later volgt een avondwake -het gezin Kempen is rooms-katholiek- in de kerk en een dag later is de begrafenis van Mark. „Ik mis m’n jongen”, zegt zijn moeder. „Vanbinnen voel ik het schrijnen.” Ze heeft geen behoefte in te gaan op fouten die de brandweer, de luchtmacht en andere hulpverleners na de crash allemaal gemaakt zouden hebben. „Mijn man zei altijd: Als er adequate hulp was geboden, had Mark mogelijk nog geleefd. Zelf heb ik er nu vrede mee, niet in het minst doordat alle gebeurtenissen juist mijn geloof hebben versterkt.”

Tien jaar na de Herculesramp

Een C 130 Hercules van de Belgische luchtmacht stortte op 15 juli 1996 om 18.02 uur neer op vliegbasis Eindhoven. Het militaire vrachttoestel had 41 passagiers aan boord: 4 Belgische bemanningsleden en 37 jonge leden van het Fanfarekorps der Koninklijke Landmacht. De ramp kostte 34 inzittenden het leven.

De brandweer bluste het wrak en veronderstelde dat er slechts twee bemanningsleden aan boord waren. In werkelijkheid zat een heel fanfarekorps in het toestel. Het lukte hen niet eruit te komen. Slechts enkelen konden zwaargewond uit het toestel worden gehaald.

Drie luchtmachtofficieren –de toenmalige basiscommandant, luchtverkeersleider en dienstdoende brandweercommandant– werden uit hun functie gezet. Zij gingen tegen die beslissing in beroep. In een strafrechtelijke procedure sprak de rechtbank in Arnhem in 2001 twee officieren vrij, terwijl de zaak tegen de derde officier al eerder was geseponeerd. In 2004 kregen zij officiële excuses en een financiële vergoeding aangeboden door de Koninklijke Luchtmacht.

In een reactie op een rapport van de Raad voor de Transportveiligheid liet het kabinet in 2003 weten dat er geen aanleiding was voor een nieuw onderzoek naar de ramp. Dat zou volgens het kabinet geen nieuw licht op de gang van zaken werpen. In totaal is de ramp met de Hercules onderwerp van 27 onderzoeken geweest.

Nabestaanden van de slachtoffers richtten in 1996 onder leiding van A. Kempen –vader van de verongelukte korporaal Mark– de Stichting Herculesramp 1996 op. Ze streeft tot op de dag van vandaag de belangen na van de nabestaanden en organiseert herdenkingen en ontmoetingsdagen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer