Gezamenlijk gebed om geestelijke groei
APELDOORN - Christenen uit verschillende kerken komen in januari 1875 in Wenen bijeen om met elkaar te bidden. Voor het land, voor de verspreiding van het Evangelie, voor geestelijke groei. Het markeert het begin van de Evangelische Alliantie (EA) in Oostenrijk.
Pas met de oprichting van een baptistengemeente en een wesleyaanse methodistengemeente in Wenen, kon de stap naar de vorming van een Oostenrijkse afdeling van de EA worden gezet, zegt theoloog Frank Hinkelmann. „Baptisten, methodisten en gereformeerden verlangden naar de eenheid van het lichaam van Christus. Naar het voorbeeld van de eerste Evangelische Alliantie, opgericht in Londen in 1846, besloten ze een gebedsweek te organiseren. Daaruit is vervolgens de EA in Oostenrijk ontstaan.”Hinkelmann, sinds 2003 voorzitter van de Evangelische Alliantie Oostenrijk (EAÖ), deed onderzoek naar de geschiedenis van de organisatie in de negentiende en de twintigste eeuw. Vorige week studeerde hij af op dit onderwerp aan de Theologische Universiteit Apeldoorn.
Gebedsweken
In de beginjaren had de EA in Oostenrijk geen vastomlijnd programma, ontdekte Hinkelmann. „Het belangrijkste doel was het beleggen van gebedsweken voor christenen van verschillende kerken en denominaties. Het toerusten van gemeenten en individuele christenen, het promoten van godsdienstvrijheid en evangelisatie, dáár ging het om.”
Het aantal mensen dat destijds de gebedsweken bezocht, kan hij moeilijk inschatten. De bronnen die Hinkelmann onderzocht zeggen er niets over. „In Wenen zullen het er 100 à 150 zijn geweest. Tegenwoordig trekt de jaarlijkse gebedsweek, die de EA in alle grote steden in het land organiseert, enkele duizenden bezoekers. Maar ook dat is een schatting, want over precieze cijfers beschik ik niet.”
De bevestigde kerken in het land reageerden veelal afwijzend op het nieuwe initiatief. De Rooms-Katholieke Kerk, waartoe meer dan 90 procent van de bevolking behoorde, zag de EA als een bedreiging. Enkele lutherse gemeenten sloten zich wél bij de alliantie aan.
Nazisme
Hoe de EA tijdens de Tweede Wereldoorlog tegenover het nationaalsocialisme stond, is Hinkelmann nog steeds niet helemaal duidelijk. „Er waren kritische stemmen, maar ook mensen die de aansluiting van Oostenrijk bij Duitsland in 1938 met gejuich verwelkomden. Het kon zo gebeuren dat een baptistenpredikant in de ene gemeente waarschuwde tegen de nazi’s, terwijl een ander zijn mond hield. Wel wat naïef, moet ik zeggen.”
Na de oorlog begon een periode van opbouw. Lokaal ontstonden er nieuwe allianties, die zich in 1975 verenigden in de landelijke EAÖ. Daarmee ontstond een beweging met meer aandacht voor nationale vraagstukken. Ze kon dingen nu ook groter aanpakken, zegt Hinkelmann, zoals de evangelisatieactie ”Missionair jaar 1984”.
Evangelisatie is altijd een van de speerpunten van de wereldwijde EA geweest. Na de Tweede Wereldoorlog trokken tientallen zendelingen uit het buitenland -met name uit de Verenigde Staten, Nederland, Duitsland en Zwitserland- naar Oostenrijk om het Evangelie te verkondigen. Was dat nodig? „In de Rooms-Katholieke Kerk kennen maar weinig mensen de Bijbel echt goed. En ook zij hebben een relatie met Jezus Christus nodig.”
Relevantie
In de jaren negentig, de laatste periode die Hinkelmann onderzocht, breidden de lokale allianties hun werk echter steeds minder uit. Volgens hem is dat vooral te wijten aan de verandering van het kerkelijk landschap. „Veel methodisten trokken zich in de jaren zeventig terug uit de EA en voerden een meer oecumenische koers. In de Evangelische Kerk vond toen een generatiewisseling plaats en leidinggevenden hadden minder affiniteit met de alliantie. De vrije kerken richtten zich in de jaren negentig meer naar binnen dan naar buiten en kregen in de Argegö een eigen organisatie.”
„Maar”, benadruk hij, „de EAÖ wint de laatste jaren toch weer aan relevantie. Ze richt zich nu ook nadrukkelijk op maatschappelijke thema’s, op ethische vraagstukken, op vragen die mensen hebben. Met de ”Allianzspiegel” kreeg de organisatie een blad voor alle aangesloten gemeenten. Dat werkte samenbindend.”
Uit recent onderzoek van het Weens Instituut voor Demografie blijkt dat de komende decennia het aantal rooms-katholieken in Oostenrijk tot onder de 50 procent zal dalen. Het percentage protestanten daalt licht en steeds meer mensen zijn niet-godsdienstig. Hoe ziet de EA de toekomst?
„Ook als de situatie in Oostenrijk zich wijzigt, willen we onze erfenis gelovig bewaren. De Evangelische Alliantie is in de loop van de geschiedenis weinig veranderd. Goed, de methoden zijn misschien wat anders, maar we willen nog steeds toerusting geven aan gemeenten, aan christenen in hun omgeving. De EA wil breder zijn dan de eigen kerk en christenen samenbrengen.”