Van minister tot brandweer, bij elkaar 2000 hulpverleners en ambtenaren, plus 1000 figuranten deden mee aan deze grootste crisisoefening ooit. Staatssecretaris Schultz van Haegen (Verkeer) steunt Remkes’ idee voor een wateroefening. Beiden waren gisteren present op een conferentie in Scheveningen over grote overstromingen. „Je leert alleen maar van een echte ramp of van een oefening”, aldus Schultz.Zo’n oefening van een kustramp kun je alleen simuleren, zoals onlangs in Gelderland een dijkdoorbraak werd nagebootst. „Vind maar eens een polder die je onder kunt laten lopen”, aldus Schultz.

Op de conferentie stond centraal welke Amerikaanse lessen na de orkaan Katrina in Nederland kunnen worden toegepast. Volgens de staatssecretaris is daar alle reden toe. Het valt haar bijvoorbeeld tegen hoe weinig riviergemeenten na de dreigende overstromingen in de jaren negentig hun rampenplannen hebben geactualiseerd.

Ze ziet verder een belangrijke rol weggelegd voor de waterschappen. Bij de Gelderse oefening, op de legerplaats Oldebroek, waaraan Duitsers meewerkten, waren de schappen volgens Schultz slecht betrokken.

De waterschappen moeten bijvoorbeeld gemalen nalopen. „Staan ze hoog genoeg?” In New Orleans -eind maart was Schultz er op bezoek- liepen die na Katrina immers onder water en werden daardoor waardeloos.

Remkes en Schultz benadrukten dat burgers ook meer voorbereid moeten zijn op overstromingsgevaar. Een nationale rampendag, naar het voorbeeld van bewustwordingscampagnes in de VS en Japan, zou daarbij kunnen helpen.