De strijd is opgelaaid ondanks het bestand dat de strijdende partijen, enkele islamitische milities en een seculiere alliantie, op 14 mei overeenkwamen. Vonden de gevechten eerst vooral in het noorden van Mogadishu plaats, inmiddels wordt ook in het zuiden en oosten van de stad gevochten. De eerstehulpafdeling van het Medinaziekenhuis werd gisteren getroffen door een mortiergranaat, waardoor één dode viel en twee mensen gewond raakten.De alliantie beticht de moslimmilities ervan gebruik te maken van buitenlandse strijders. De mogelijke aanwezigheid van buitenlandse strijders is een bron van zorg van met name de Verenigde Staten, die herhaaldelijk hebben gezegd te vrezen dat Somalië kan uitgroeien tot een nieuw hoofdkwartier van al-Qaida.

Sinds 2004 heeft Somalië een overgangsregering, met aan het hoofd president Abdullahi Yusuf Ahmed. Zij zetelt vanwege de onveilige situatie in Mogadishu in de stad Baidoa en heeft feitelijk niets in te brengen. De president zei eerder deze maand in een interview dat Washington de alliantie met wapens steunt. De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft alle lidstaten opgeroepen zich te houden aan het bestaande wapenembargo tegen Somalië.

Sinds februari is het al drie keer tot grootschalige vuurgevechten gekomen tussen de verschillende gewapende bendes en milities. Daarbij zijn minstens 140 doden en vele honderden gewonden gevallen.

De speciale gezant van secretaris-generaal Kofi Annan van de Verenigde Naties, François Lonseny Fall, heeft de gewelddadigheden veroordeeld. Somalië moet het al opnemen tegen het klimaat en de onvoorstelbare armoede en het laatste wat dit land kan gebruiken, is ook nog eens een burgeroorlog, aldus de VN-gezant.