Alleen met recentelijk uitgegeven identiteitskaarten, zogenaamde groene kaarten, mochten de kiezers een stem uitbrengen. Volgens oppositieleider Alassane Dramane Ouattara had ongeveer 40 procent van de kiezers echter geen groene kaart. Hij beschuldigt president Laurent Gbagbo ervan de overwegend islamitische, uit het noorden afkomstige aanhangers van de oppositie geen papieren te hebben gegeven. Gbagbo’s aanhang bestaat voornamelijk uit christenen uit het zuiden. Ouattara had de kiezers opgeroepen om met hun oude identiteitspapieren naar de stembus te gaan.

De spanning in Ivoorkust was in de aanloop naar de lokale verkiezingen al om te snijden. Een week geleden protesteerden jongeren tegen de beslissing van een rechtbank om het Ivoriaanse staatsburgerschap van oppositieleider Ouattara te bevestigen. Daarmee werd een van grootste obstakels uit de weg geruimd voor zijn kandidatuur voor het presidentschap. De politie maakte snel een einde aan de protestacties. Bij rellen tijdens de verkiezingscampagne in de stad Daloa kwamen in juni vier mensen om het leven en werden honderden mensen uit de omgeving uit hun huizen verdreven.

Tot het eind van de jaren ’90 was Ivoorkust geliefd bij buitenlandse investeerders. De grootste cacaoproducent ter wereld gold als de economische leeuw van West-Afrika. Maar een militaire coup van generaal Robert Gue maakte een einde aan het imago van ’minst Afrikaanse land van Afrika’. Gbagbo kwam in 2000 aan de macht na frauduleuze verkiezingen, waarvan Ouattara vanwege twijfels over zijn nationaliteit was uitgesloten. Na afloop braken rellen uit waarbij honderden doden vielen.

Het is nog niet duidelijk wanneer de uitslag van de verkiezingen zondag bekend is.