Koninklijk Huis

Warme band in gezin stadhouder Willem V

Stadhouder Willem V (1748-1806) heeft het politiek gezien niet gemakkelijk gehad. Als man en vader is hij echter een gelukkig persoon geweest, geen vanzelfsprekendheid in hofkringen in die tijd. Zondag is het 200 jaar geleden dat Willem V in het Duitse Brunswijk stierf.

W. G. Hulsman
7 April 2006 08:45Gewijzigd op 14 November 2020 03:38
In de Nieuwe Kerk in Delft hangt aan de muur een grafmonument voor de jongste zoon van Willem V. Een treurende vrouw met een ooievaar verbeeldt de ouderlijke liefde. Foto RD, Anton Dommerholt
In de Nieuwe Kerk in Delft hangt aan de muur een grafmonument voor de jongste zoon van Willem V. Een treurende vrouw met een ooievaar verbeeldt de ouderlijke liefde. Foto RD, Anton Dommerholt

De geschiedenis van de Oranjes kent twee Wilhelmina’s van Pruisen. Verwarrend. Beiden hebben veel betekend voor de Nederlanden. De eerste is de vrouw van stadhouder Willem V, de andere is zijn schoondochter.De eerste Wilhelmina -Wilhelmina Frederika Sofia, prinses van Pruisen (1751-1820)- huwt op zestienjarige leeftijd met Willem V. Ze is een intelligente, krachtige vrouw. Ze staat haar mannetje in de onrust die de Fransgezinde patriotten in de Nederlanden veroorzaken. Als Willem V bijna al zijn functies kwijtraakt en Fransgezinden haar aanhouden aan het riviertje de Vlist, is zij het die met behulp van het leger van haar broer, de koning van Pruisen, weer orde op zaken weet te stellen.

Haar man valt zij echter nooit af, ook niet als haar Pruisische familie daarop aandringt. De twee hebben het goed samen.

Uiteindelijk moet Wilhelmina -ook wel Willemijn- in 1795 toch vluchten voor de Franse legers. Ze leeft 1796 tot 1813 in ballingschap: tot 1801 in Engeland en daarna op hun eigen paleis in het Duitse Dietz.

Loulou
Willem V en zijn vrouw krijgen drie kinderen. Frederica Louisa Wilhelmina (1770-1819), Willem Frederik (1772-1843) en Willem George Frederik (1774 - 1799). Tussen de drie kinderen en hun ouders bestaat een hechte band.

Louisa, de oudste, heeft een bijzonder plekje in het hart van vader Willem. Ze heet binnen de familie Loulou. Zij trouwt in 1790 met de Duitse Karel George van Brunswijk-Wolfenbüttel (1766-1806). Hun huwelijk blijft kinderloos. Als Karel na zestien jaar overlijdt, voegt Louisa zich weer bij haar familie.

Het tweede kind van Willem V, Willem Frederik, huwt in oktober 1791 met Wilhelmina Frederika Louise, een dochter van de Pruisische koning. In hofkringen wordt het een opmerkelijk huwelijk gevonden: een dochter van de Pruisische koning trouwt met de zoon van een erfstadhouder die ook nog eens niet al te stevig in het zadel zit; bovendien zijn ze neef en nicht van elkaar. Mimi -zoals ze wordt genoemd- krijgt in Den Haag echter een hartelijk ontvangst.

Het valt het jonge prinsesje niet mee een thuis te vinden in Holland. De mensen om haar heen staan haar niet aan. „Ik ben gedwongen om te gaan met mensen die ik in Pruisen nog niet eens als personeel had willen hebben”, verzucht zij. Bovendien is haar man veel bij de troepen.

Pogingen van haar schoonmoeder om haar meer politiek inzicht te geven stranden. Mimi geniet meer van literatuur, muziek en schilderen.

Boeren
Tussen Mimi’s man en haar schoonvader, stadhouder Willem V, botert het niet zo. Willem Frederik heeft qua karakter meer van zijn moeder dan van zijn vader. Hij is een man van aanpakken en ergert zich aan de slappe houding van zijn vader. De erfprins vindt dat stadhouder Willem V na de inname van de Nederlanden door Frankrijk in 1795 de koloniën veel te snel aan Engeland afstaat en te gemakkelijk zijn goederen laat afpakken door Napoleon.

Willem Frederik onderhandelt uiteindelijk zelf met Napoleon over schadeloosstelling na het gedwongen vertrek uit de Nederlanden met achterlating van veel goederen. Het resultaat is echter gering: de Oranjes krijgen het Duitse bisdom Fulda en wat abdijen in Duitsland plus een geldbedrag.

De oudste zoon van Willem V doet na 1795 ook allerlei pogingen om weer invloed in de Nederlanden te krijgen. In 1799 landt hij met een legermacht in Noord-Holland. De landing mislukt.

Willem koopt daarop landerijen in Posen, het huidige Polen. Het boeren gaat hem goed af. Het heeft zijn hart. Zijn verzet tegen de Fransen gaat echter door.

In 1813 is het voorlopig gedaan met Napoleon. De Fransen vertrekken. Willem Frederik keert terug naar de Nederlanden en een jaar later wordt hij ingehuldigd als soeverein vorst. Erfprins Willem Frederik, wordt niet stadhouder Willem VI, maar koning Willem I der Nederlanden; zijn vrouw heet voortaan koningin Wilhelmina of Mimi der Nederlanden. Moeder Wilhelmina is er nog getuige van.

Padua
Het derde kind van Willem V is een succesvol militair. Als zijn vader in 1795 na de Franse inval in de Nederlanden naar Engeland vlucht, neemt Frederik dienst in het Oostenrijkse leger. Hij wil tegen Napoleon vechten, die ook de rest van Europa onder de voet wil lopen.

Frederik wordt echter niet oud. Als gevolg van een ernstige wondinfectie moet hij in 1798 het vechten opgeven. Hevige koortsen kwellen hem totdat hij in 1799 in Italië overlijdt.

Hij kan niet in Delft worden begraven. Daarom krijgt hij een graf in de kloostergang van het hermenietenklooster van Padua. Aanvankelijk staat er niet meer dan een eenvoudige zandstenen zerk op het graf.

Een aantal jaar later dringt een reiziger er bij vader Willem V op aan het verwaarloosde graf aan te pakken. De destijds beroemde beeldhouwer Canova krijgt de vraag een gedenksteen te ontwikkelen. Als gevolg van onderhandelingen over de prijs en het zoeken naar een plaats voor het monument wordt het gedenkteken pas in 1812 opgericht in de Erimitanikerk in het Italiaanse Padua.

In 1887 treft een Nederlandse toerist het graf in erbarmelijke staat aan. Een oproep in een Nederlandse krant leidt ertoe dat koningin Emma zich er mee bemoeit. In 1896 laat zij het grafmonument en de beenderen van Frederik overbrengen naar Nederland. Op 3 juli van hetzelfde jaar worden zij bijgezet in de koninklijke grafkelder in de Nieuwe Kerk in Delft. Zo ligt zoon Frederik nog eerder in Delft dan zijn vader Willem V, van wie de beenderen pas in 1958 naar Delft zijn overgebracht.

Dit is het tweede deel van een tweeluik over het leven van prins Willem V.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer