Washington steunt Irak vooral verbaal
NEW YORK - President Bush verdedigt zijn Irakbeleid bijna dagelijks met erop te wijzen dat de Amerikaans-Britse invasie drie jaar geleden het begin vormde van een ingrijpend democratiseringsproces in het Midden-Oosten.
„Verkiezingen vormen een belangrijk element in dit proces, maar zij vormen zeker niet het sluitstuk”, aldus Bush enkele dagen geleden tijdens een toespraak voor de organisatie Freedom House, die zich inzet voor wereldwijde verspreiding van de democratie.Onderzoek van Freedom House en de Carnegie Stichting bracht echter aan het licht dat de regering in Washington verbaal meer steun verleent aan het democratiseringsproces in Irak dan financieel. De regering-Bush trekt niet alleen geen geld meer uit voor de wederopbouw van Irak, zoals twee weken geleden werd bekendgemaakt, maar de verschillende organisaties die democratiseringsprogramma’s voor Irak introduceerden krijgen ook beduidend minder geld van de overheid.
Directrice Jennifer Windsor van Freedom House: „Dat betekent praktisch dat sommige van deze programma’s die gericht zijn op bijvoorbeeld het creëren van politieke partijen, het functioneren van onafhankelijke media, vakbonden, onderzoeksorganisaties en andere elementen die essentieel zijn voor een democratische samenleving beduidend gekort worden of zelfs helemaal stopgezet moeten worden.”
De directrice wijst erop dat de kosten voor zulke democratiseringsprogramma’s een fractie bedragen van het geld dat de regering besteedt aan de oorlogvoering in Irak.
Washington wilde officieel niet reageren op deze kritiek, maar sommige bronnen wezen op de belabberde veiligheidssituatie in Irak. Daardoor wordt geld dat aanvankelijk voor het democratiseringsproces was uitgetrokken nu overgeheveld naar verbetering van de veiligheidssituatie.
„Oorlogvoering en veiligheid betreft bewapening, maar de belangrijkste democratische bewapening die Irak nodig heeft zijn de programma’s waarin nu gesneden wordt”, meent Thomas Carothers van de Carnegie Stichting.
Enkele politici hebben sommige programma’s voor Irak nog kunnen redden met noodfinanciering, omdat de financiële krapte ook programma’s betreft die in Irak worden gemanaged door het International Republican Institute (IRI, gekoppeld aan de Republikeinse Partij) of het National Democratic Institute for International Affairs (NDI, gekoppeld aan de Democratische Partij).
„Het is tragisch dat de regering-Bush niet inziet dat de politieke toekomst van Irak meer afhangt van deze democratiseringsprogramma’s dan van wapengeweld en politieke machinaties”, aldus senator Edward Kennedy woensdag.